Les 3.3 Bezinken en filtreren

• Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Planning

• Paragraaf 3.3 Bezinken en filteren
• Opdrachten maken 

Leerdoelen 3.3 bezinken en filtreren

• Je kunt uitleggen wanneer je kiest voor bezinken en afschenken of voor filtreren.
  
• Je kunt bij filtreren benoemen uit welke stoffen het residu en het filtraat bestaan.
  
• Je kunt benoemen op welke stofeigenschap filtreren is gebaseerd.

Wat is een mengsel?

Scheiden van mengsels

Scheiden: het ''sorteren'' van stoffen die zich in een mengsel bevinden. 

• Scheiden gebeurt op de grond van verschil in eigenschappen. 
• Het hangt van de eigenschap af welke scheidingsmethode je het beste kunt toepassen
• Natuurkundig proces

Scheidingsmethodes

Scheidingsmethode: de manier waarop je mengsels kunt scheiden. 

• Bezinken + afschenken
• Filtreren
• Indampen
• Extraheren
• Destilleren
• Adsorberen

Wat is een suspensie en hoe herken je een suspensie?

Scheiden van een suspensie: 

bezinken en afschenken

• Bezinken: als vaste deeltjes naar de bodem zakken. 
• Afschenken: vloeistof langzaam afgieten van het bezinksel. 
• Neerslag: bezonken vaste deeltjes.  

Filtreren

• Filtreren: scheidingsmethode die berust op verschil in deeltjesgrootte.
• Snellere en betere methode om dan bezinken en afscheiden.
• Residu: de vaste stof die op het filter achterblijft.
  
• Filtraat: de vloeistof die door het filter heen loopt.
  
• 
  

Werking filter

Scheiding die berust op verschil in dichtheid

Scheiding die berust op verschil in deeltjesgrootte

Scheiden van een suspensie

Bezinken en afschenken

Filtreren

Residu

Filtraat

Filtreren

Bezinken en afschenken

Scheiding die berust op verschil in dichtheid

Scheiding die berust op verschil in deeltjesgrootte

Wanneer je de linker fles een uur laat staan, gaat het er uit zien als de rechter fles. Hoe noemen wij dit verschijnsel?

Wat is bij koffie zetten het filtraat en wat is het residu?

1. Residu: 'koffieprut' Filtraat: koffie
2. Residu: koffie Filtraat: 'koffieprut'
3. Residu: koffiepoeder Filtraat: koffie
4. Residu: 'koffieprut' Filtraat: koffiepoeder

Maken 1 t/m 7 + 9  

(vanaf blz 155)

1

• Afschenken 

2

• Deeltjesgrootte 
• Suspensie
• Niet opgelost
• Filtraat
• Residu

3

• a. - bezinken en afschenken
•      - filtreren
• b. Filtreren: omdat daarbij alle vaste deeltjes worden tegengehouden. (Na bezinken kunnen er altijd nog vaste stoffen in het water rondzweven).

4

• Een oplossing is een homogeen mengsel. 
• De opgeloste deeltjes zijn zo klein dat ze door de poriën van het filter heen kunnen stromen.

5

• Kleiner 
• Groter

6

• Dat kan niet, want zout is opgelost in zeewater. 
• De deeltjes zijn klein genoeg om door de gaatjes van het filtreerpapier te gaan. 
• Filtreren als scheidingsmethode kun je alleen toepassen bij suspensies.

7

• a. Suspensie
• b. Plaats B
• c. Filtraat

9

• Nee, want zowel suiker als zout lost in water op. En een oplossing kun je door filtreren niet scheiden.