T2 H2.1 & H2.2

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

H2 Jij en je geld

H2.1 Pinpas of portemonnee?

H2.2 Waarom zou je sparen?

Pak je boek erbij op blz 38

ook je schrift, een pen en je rekenmachine heb je nodig

Hoe vaak heb je de afgelopen week iets betaald?

Twee soorten geld:

Chartaal geld = contant geld, cash

Giraal geld = geld op je bankrekening

Maak vraag

Maak vraag 3 en noteer je antwoord zo: Chartaal:
Giraal:

Saldo berekenen:

Nieuw saldo = oud saldo + ontvangsten - uitgaven

bv oud saldo €100,-

bij (ontvangsten) €10,-

af (uitgaven) €5,-

Nieuw saldo €105,- tegoed

Kopen is ruilen (blz 40)

Indirecte ruil

Directe ruil

Noem een voorbeeld van directe ruil

Elektronisch betalen

pinpas

internet

telefoon

Heb jij chartaal geld bij je?

ja

nee

Sparen

Voor een doel

Uit voorzorg

Voor de rente

Rente

= een vergoeding die je krijgt van de bank voor jouw spaargeld

Hoeveel rente krijg jij op je spaarrekening?

Rekenen met rente

rentebedrag per jaar = percentage : 100 x spaarbedrag

bv je hebt €240

je krijgt 1.5% rente per jaar

na één jaar krijg je: 1.5 : 100 x €240 = €3,60

Geldfuncties

ruilmiddel

spaarmiddel

rekenmiddel

Wanneer is geld een rekenmiddel?

Nakijken weektaak