Afsluitende quiz
1 / 11
La durée de la leçon est: 15 minIntroduction
Wat heb jij geleerd over het onderwerp? Test je kennis in de quiz!
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Uw leerlingen doen mee met hun eigen device
- Vink links onderaan uw scherm Devices in de klas aan.
- Klik op Deel scherm om het scherm op het digibord te delen met uw leerlingen.
- Uw leerlingen gaan naar lessonup.app en voeren hun naam in. Daarna voeren zij de viercijferige toegangscode in die links onderaan uw scherm staat. U ziet links onderaan uw scherm hoeveel leerlingen er meedoen.
- Uw leerlingen geven via hun eigen device antwoord op de vragen. U ziet hoeveel leerlingen de vragen juist beantwoord hebben. Uw leerlingen krijgen op hun eigen device directe feedback, zoals ‘Yes, goed gedaan!’ of ‘Helaas ...’
- Wilt u de tussenstand die tussendoor in beeld komt aan- of uitzetten? Klik dan (bij de eerste slide) op leerlingen links onderaan uw pagina en zet het vinkje bij Toon tussenstand aan of uit.
Het wisbordje of kladblaadje
Uw leerlingen lezen de vraag en schrijven op hun wisbordje of kladblaadje hun antwoord op de vraag (A, B, C of D). Op uw teken houden de leerlingen hun wisbordje of kladblaadje in de lucht. Hoeveel hebben uw leerlingen onthouden van de afgelopen lessen?
..
.
.
Is deze zin WAAR of NIET WAAR?
Een magneet heeft vier polen: noord, oost, zuid, west.Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 2 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
..
.
.
Is deze zin WAAR of NIET WAAR?
Al het ijzer is magnetisch.
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 3 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
..
.
.
Is deze zin WAAR of NIET WAAR?
Hoe ver de kracht van een magneet reikt, noem je het magnetisch veld.
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 4 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
..
.
.
Welke zin over je magnetisme klopt niet?
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
A
Je kunt dingen die van ijzer zijn magnetisch maken.
B
Een magneet heeft een noordpool en een zuidpool.
C
Magnetisme is hetzelfde als elektriciteit.
D
Rondom een magneet hangt een magnetisch veld.
Slide 5 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
..
.
.
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
Wat gebeurt er als je twee magneten met dezelfde polen naar elkaar toe duwt?
A
Dan duwen ze elkaar weg.
B
Dan trekken ze elkaar aan.
Slide 6 - Quiz
Vraag door: waarom is de zin niet waar?
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
Magnetisch of niet magnetisch?
Sleep naar de juiste plek.
Sleep naar de juiste plek.
niet magnetisch
magnetisch
Slide 7 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
..
.
.
Wat is WAAR? Let op: meerdere antwoorden zijn goed.
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
A
Je kunt met magnetisme elektrische stroom opwekken.
B
Je kunt elektrische stroom gebruiken om ijzer magnetisch te maken.
C
je kunt alle materialen magnetisch maken.
D
Alle elektrische aparaten zijn magnetisch.
Slide 8 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
Is het stukje ijzer op de afbeelding magnetisch of niet magnetisch? Sleep het naar de juiste plek!
niet magnetisch
magnetisch
Slide 9 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
....
.
.
Hoe kun je zien dat het stuk ijzer van de vorige vraag magnetisch is?
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
A
De ijzerdeeltjes zijn gelijk verdeeld over het stukje ijzer,
B
De noordpolen en zuidpolen staan allemaal dezelfde kant op.
Slide 10 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 11 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
