les 6

Politiek en je 
eigen 
Politieke
Partij
Les 6:
Regering en kabinet
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Politiek en je 
eigen 
Politieke
Partij
Les 6:
Regering en kabinet

Slide 1 - Diapositive

Programma 

1.  Terugblik 
2. Boekje vullen
3. Opdracht



Slide 2 - Diapositive

PTA
Toets 'Hoe werkt de politiek?'  in TW3  -  10%
PO: politieke partij en debat in week 13 - 15% 

Slide 3 - Diapositive

https://tools.prodemos.nl/regering/
https://tools.prodemos.nl/regering/  

Slide 4 - Diapositive

Terugblik
8 vrijwilligers...

Slide 5 - Diapositive

Politici nemen besluiten over alle dingen die van ............ belang zijn.
A
Algemeen
B
Belangrijk
C
Gedeeltelijk
D
Nederlands

Slide 6 - Quiz

Vertel op welke manieren jij te maken hebt met politiek. Noem er minimaal 2.

Slide 7 - Question ouverte

Nederland is een indirecte democratie. Wat betekent dat?
A
Mensen stemmen of ze voor of tegen zijn
B
Het volk heeft invloed op besluiten
C
Politici nemen namens ons besluiten
D
Het recht om te stemmen

Slide 8 - Quiz

Links of rechts?
Studeren moet weer gratis worden, zo krijgt iedereen gelijke kansen
A
links
B
midden
C
rechts

Slide 9 - Quiz

Vinden economische vrijheid heel belangrijk
A
Links
B
Midden
C
Rechts

Slide 10 - Quiz

Aan het einde van de les:
  • Je kunt uitleggen hoe een regering wordt gevormd 
  • Je kunt uitleggen waarom er in de politiek compromissen gesloten moeten worden
  • Je kent de taken en bevoegdheden van het staatshoofd  

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Kabinetsformatie:
Op de dag van de verkiezingen mag iedere Nederlander van 18+ stemmen. Dezelfde nacht wordt al duidelijk hoeveel zetels de politieke partijen krijgen.

Eén partij heeft nooit in z'n eentje de meerderheid. Daarom moeten ze samenwerken met andere partijen. Maar met wie? 

Slide 13 - Diapositive

Verloop kabinetsformatie:
  1. Onderzoek:
    De informateur onderzoekt met welke partijen een coalitie mogelijk is. 
  2. De informatie:
    Als ze partijen hebben gevonden die willen samenwerken, overleggen ze over oplossingen en compromissen voor hun meningsverschillen. Ze stellen samen een regeerakkoord op. Hierin staan de plannen van de regering voor de komende vier jaar.

Slide 14 - Diapositive

De formatie:
3. De  Tweede Kamer benoemt nu een formateur. Dat is meestal de leider van de grootste partij in het kabinet. 
De formateur overlegt de verdeling van de ministers en staatssecretarissen.

4. Als de posten verdeeld zijn dan wordt het nieuwe kabinet beëdigd door de koning. 

Slide 15 - Diapositive

 Het regeerakkoord:
Ze stellen samen een regeerakkoord op. Hierin staan de plannen van de regering voor de komende vier ja

Slide 16 - Diapositive

Definities op een rijtje
1. Regering = ministers en de Koning
2. Kabinet = ministers en staatssecretarissen
3. Regeerakkoord = plannen van de regering voor de komende 4 jaar
4. Minister = verantwoordelijk voor één onderwerp van de regering, bijvoorbeeld minister van justitie
5. Staatssecretaris = soort onderminister, helpt de minister

Slide 17 - Diapositive

Compromis
Na de verkiezingen:
> Niet één partij de meerderheid (76)
> Die meerderheid heb je wel nodig om plannen uit te voeren (stemmen)
> Er moet dus samengewerkt worden
> Daarvoor moeten compromissen gesloten worden

Slide 18 - Diapositive

            7. Compromissen
Afspraken tussen de politieke partijen die regeren, waarbij beide partijen een stukje van de oorspronkelijke plannen loslaten
water bij de wijn doen

Slide 19 - Diapositive





6. Staatshoofd = onze Koning, die samen met de ministers de regering wordt

Slide 20 - Diapositive

Taken Koning
  • Handtekening zetten
  • Troonrede voorlezen
  • Beëdigen ministers en staatssecretarissen
  • Overleg voeren met minister president
  • Ons land vertegenwoordigen

Slide 21 - Diapositive

Opdracht 
  • We gaan van probleem naar oplossing en komen onderweg tegen: 
  • minister
  • Tweede Kamer
  • Eerste Kamer
  • Koning 

Slide 22 - Diapositive

Wat is volgens jou een groot probleem in Nederland?

Slide 23 - Question ouverte

Welke oplossing heb je voor jouw probleem?

Slide 24 - Question ouverte

Opdracht 
  • We gaan van probleem naar oplossing en komen onderweg tegen: 
  • minister
  • Tweede Kamer
  • Eerste Kamer
  • Koning 

Graag 7 vrijwilligers naar voren
+ 1 extra: zet de vrijwilligers in de juiste volgorde

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Aan het einde van de les:
  • Je kunt uitleggen hoe een regering wordt gevormd 
  • Je kunt uitleggen waarom er in de politiek compromissen gesloten moeten worden
  • Je kent de taken en bevoegdheden van het staatshoofd  

?

Slide 27 - Diapositive