fietspad en de fietsstrook (les 7)

• Verkeer
• Basisschool
• Groep 7

Fietspad en fietsstrook

In deze les leer je:

Belangrijke afspraken die gelden bij het fietsen op het fietspad of de fietsstrook.

Begrippen die aan bod kunnen komen bij het fietsen op het fietspad of de fietsstrook.

Tekens en verkeersborden die je tegen kunt komen.

Fietspaden en fietsstroken

Als fietser mag je niet zomaar overal fietsen. Er zijn fietspaden

of fietsstroken die speciaal voor fietsers zijn aangelegd.

Hierdoor hoeven fietsers niet tussen het gevaarlijke en

snelle verkeer te fietsen. 

We kennen fietspaden en fietsstroken, maar wat is het verschil?

Het fietspad

Het fietspad of het tweerichtingenfietspad is een pad speciaal voor fietsers, maar ook voor bromfietsers. Het fietspad is verplicht,

dus als je fietst moet je hier fietsen. 

Het fietspad

Als er geen stoep of voetpad is

voor voetgangers, mogen zij ook op het fietspad lopen. 

Het fietspad

Er zijn ook niet-verplichte fietspaden. Je hoeft hier niet verplicht te fietsen, maar het is veiliger om het wel te doen.

1. verplicht fietspad
2. niet verplicht fietspad

1. verplicht (brom)fietspad
2. niet verplicht (brom)fietspad

1. onderbord eenrichtingsverkeer
2. onderbord tegenliggers

Onderbord: tegenliggers.

Dit bord zie je op een twee-richtingenfietspad onder één van de bovenstaande borden.

1. verplicht fietspad
2. niet verplicht fietspad

De fietsstrook

De fietsstrook is een aparte baan voor fietsers op een rijbaan.

De fietsstrook kun je herkennen aan het witte teken van een

fiets op het wegdek en/of aan de rode kleur van het asfalt.

Op de foto hiernaast zie je een fietsstrook.

 

De afspraken

Op het fietspad moet je verplicht fietsen.

Hier kun je fietsers, bromfietsers en voetgangers tegenkomen.

Op het niet-verplichte hoef je niet verplicht te fietsen. Het is wel veiliger om dat te doen.

De afspraken

De fietsstrook zie je op een rijbaan. Het is een aparte strook voor fietsers. Vaak is het rood gekleurd en zie je het teken van een witte fiets op het wegdek.

1. Een verplicht fietspad
2. Een verplichte fietsstrook
3. Een niet verplicht fietspad

Wie kun je op dit fietspad tegen komen?

1. fietsers - voetgangers
2. fietsers - (brom)fietsers
3. (brom)fietsers - voetgangers

Wat betekent het
onderbord?

1. Je kunt voetgangs tegenkomen.
2. Je kunt tegenliggers tegenkomen.

Waaraan kun je het
tweerichtingenfietspad
vaak nog meer
herkennen?

1. Aan het onderbord.
2. Aan een middenstreep op het wegdek.
3. Aan het teken van de fiets op het wegdek

Mag deze mevrouw op het fietspad lopen?

Mag deze mevrouw op het fietspad lopen?

1. ja
2. nee

Wat zie je hier?

1. Een verplicht fietspad.
2. Een verplicht (brom)fietspad.
3. Een fietsstrook.

Waar kom je een fietsstrook tegen?

1. In het bos.
2. Op de stoep.
3. Op de rijbaan.
4. Op het fietspad

Waaraan kun je de fietsstrook meestal herkennen?