Hoofdstuk 4 les 1 en 2

We verlaten
Het tijdvak van 
¨Grieken en Romeinen¨

3000 v.c - 500 n.c.
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

We verlaten
Het tijdvak van 
¨Grieken en Romeinen¨

3000 v.c - 500 n.c.

Slide 1 - Diapositive

We gaan naar
Het tijdvak van Monniken en ridders

500-1000

Slide 2 - Diapositive


De Middeleeuwen

4.1 Monniken verspreiden het geloof

Slide 3 - Diapositive

Tijd van Grieken en Romeinen
(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)
Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)
1492: Columbus 'ontdekt' Amerika
(Einde van de Middeleeuwen)
⚓️
476: Val van het West-Romeinse Rijk
(Begin van de Middeleeuwen)
🔥
Tijd van Ontdekkers en Hervormers
(1500-1600)
Tijd van Regenten en Vorsten
(1600-1700)
Tijd van Pruiken en Revoluties
(1700-1800)

Slide 4 - Diapositive

Monniken en ridders

Slide 5 - Carte mentale

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • ken je de begrippen de begrippen geestelijken, klooster, monnik en non + ken je de personen Willibrord en Bonifatius. 

  • kun je uitleggen en herkennen hoe monniken leefden en hun geloof verspreidden. 

  • kun je op afbeeldingen kenmerken van het kloosterleven benoemen en uitleggen. 

  • kun je verklaren waarom bewoners van kloosters zo machtig waren in de middeleeuwen. 

Slide 6 - Diapositive

Willibrord was een Engelse monnik die probeerde de Friezen tot het Christendom te bekeren. De Friezen zaten daar niet op te wachten.
Bonifatius was ook een Engelse monnik die probeerde de Friezen te bekeren. Dit lukte niet: in 754 werd hij door Friezen in Dokkum vermoord.

Slide 7 - Diapositive

De hulp van God
  • Het leven van de mensen in de vroege Middeleeuwen was zwaar. Veel van de dingen om hen heen begrepen ze niet.

  • Bij ziektes, natuurrampen of hongersnoden vroegen ze God om hulp. De mensen van de kerk, de geestelijken, hielpen hen hierbij.
De mensen gaven in de vroege middeleeuwen veel geld aan de kerk, dat was belangrijk omdat ze daarmee god dienden. Met de geld maakten de kerken prachtige dingen, zoals glasinlood ramen

Slide 8 - Diapositive

Kloosters
  • Geestelijken, zoals priesters, monniken en nonnen, woonden en leefden vaak in een klooster

  • Monniken en nonnen waren zelf niet rijk, de kloosters soms wél: zij hadden veel grond en kregen belastinggeld (als gift aan de kerk).

De kloosters en kerken waren in de vroege middeleeuwen de enige gebouwen die altijd van steen werden gemaakt. Het geloof was heel belangrijk en de gebouwen voor god moesten natuurlijk wel stevig zijn!

Slide 9 - Diapositive

Leven in een klooster
Monniken en nonnen woonden in het klooster, ze hadden best veel te doen:

  • Bidden
  • Zieken verzorgen
  • Boeken schrijven
  • Werken op het land
  • Lesgeven
  • Mensen helpen bij hun geloof in God

    Een klooster was dus een kerk, ziekenhuis, school en boerderij in één.

Slide 10 - Diapositive

Zou jij kunnen leven in een klooster?
Waarom wel/niet?

Slide 11 - Question ouverte



  • In de kloosters werden soms ook oude boeken overgeschreven
  • Dit duurde heel lang: het was dus echt 'monnikenwerk'.

Slide 12 - Diapositive

Aan het werk
Maken opdrachten uit  paragraaf 4.1

Niet af? Huiswerk!



timer
10:00

Slide 13 - Diapositive