24-25 Goederenopslag RM1 (logistiek in de winkel wk 3)

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
RetailMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhaling vorige lessen

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Goederenstroom?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Binnen een bedrijfskolom zijn er 3 stromen, welke stroom hoort hier niet bij?


A
geldstroom
B
informatiestroom
C
goederenstroom
D
Productenstroom

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Goederen of geld gaan verloren door opzettelijk gedrag zoals diefstal, fraude of inbraak.
A
Criminele derving
B
Niet-criminele derving

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De goederenstroom van de producent/fabrikant tot aan de winkel heet de externe goederenstroom.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem de drie P's in het kader van duurzaamheid?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Aandachtspunten bij de goederenontvangst

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat controleer je als je de kwantiteit van de goederen controleert?
A
of de goederen niet beschadigd zijn
B
of de hoeveelheid klopt met wat er is besteld
C
of de THT- of TGT-datum niet overschreden is

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we een geleidedocument met artikelnummers, artikelomschrijving en het aantal artikelen?

A
Vrachtbrief
B
Pakbon
C
Retourformulier

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we een geleidedocument met artikelnummers, artikelomschrijving en het aantal artikelen?

A
Vrachtbrief
B
Pakbon
C
Retourformulier

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Magzijnindeling
Hoofdgangensysteem
Tweegangensysteem
Zijgangensysteem

Slide 17 - Diapositive

Bij het hoofdgangensysteem worden de hoofdgangen gebruikt voor zowel opslag als orderverzameling. Dit betekent dat zowel de orderverzamelaars als de transportmiddelen dezelfde gangen gebruiken. Dit systeem is eenvoudig en flexibel, maar kan leiden tot congestie als het magazijn druk is.
n het tweegangensysteem zijn er aparte gangen voor opslag en orderverzameling. Dit betekent dat de orderverzamelaars en de transportmiddelen in verschillende gangen werken, wat de efficiëntie kan verhogen en de kans op botsingen vermindert. Dit systeem is vooral nuttig in grotere magazijnen waar veel beweging plaatsvindt.
Het zijgangensysteem onderscheidt zich door de dwars geplaatste stellingen ten opzichte van de hoofdgangen. Dit betekent dat de opslaglocaties loodrecht op de hoofdgangen staan, wat kan helpen bij het optimaliseren van de ruimte en het verbeteren van de toegankelijkheid van de opgeslagen goederen


Routing magazijn
I-routing
U-routing
S-routing
Backtracking
Crossing

Slide 18 - Diapositive

I-routing: Bij I-routing wordt een rechte route door het magazijn gevolgd. Dit betekent dat de orderpicker in een rechte lijn door de gangpaden beweegt, zonder omwegen. Dit systeem is eenvoudig en minimaliseert de kans op fouten, maar kan minder efficiënt zijn als er veel items op verschillende locaties moeten worden opgehaald1.
U-routing: U-routing houdt in dat de orderpicker een U-vormige route door het magazijn volgt. Dit betekent dat de picker aan één kant van het gangpad begint, naar het einde loopt, en dan terugkomt langs de andere kant van hetzelfde gangpad. Dit systeem kan helpen om de loopafstand te minimaliseren en is nuttig in magazijnen met lange gangpaden1.
S-routing: S-routing, ook wel Traversal routing genoemd, houdt in dat de orderpicker elk gangpad volledig doorloopt in de vorm van een S. Dit betekent dat de picker een gangpad binnenkomt aan het ene uiteinde, het volledig doorloopt en aan het andere uiteinde verlaat. Dit systeem is eenvoudig te begrijpen en te gebruiken, vooral als er veel items in elk gangpad moeten worden opgehaald2.
Backtracking: Backtracking routing houdt in dat de orderpicker terugkeert naar een eerder bezocht gangpad om items op te halen die eerder zijn overgeslagen. Dit kan gebeuren als de picker ontdekt dat een efficiëntere route mogelijk is door terug te gaan naar een eerder gangpad. Hoewel dit systeem flexibel is, kan het de totale loopafstand en tijd verhogen als het niet goed wordt beheerd3.
Crossing: Crossing routing houdt in dat de orderpicker meerdere keren door dezelfde gangpaden beweegt, vaak in een kruispatroon, om items op te halen. Dit systeem kan nuttig zijn in complexe magazijnen waar items op verschillende locaties zijn opgeslagen. Het kan echter ook leiden tot inefficiënties als de routes niet goed zijn gepland4.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Omvang en inrichting magazijn heeft te maken met het assortiment:

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Plaatsing in het magazijn
fifo of lifo
Assortimentsgroepen (familygrouping)

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Locatiesystemen:

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Houd bij de plaatsing in het magazijn rekening met:

  • langzaamlopers en snellopers
  • tijdelijke snellopers zoals actieartikelen, seizoensartikelen en rageartikelen.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Artikelcodering
Barcode
QR-code
Stock keeping unit (SKU)
Productnummer
EAN-nummer

Slide 28 - Diapositive

SKU: Een SKU is een unieke alfanumerieke code die door een bedrijf wordt gebruikt om een specifiek product in hun voorraad te identificeren. 
Productnummer: en productnummer is een unieke identificatiecode die aan een specifiek product wordt toegekend. Dit nummer wordt gebruikt om producten te onderscheiden en te volgen binnen een bedrijf of een supply chain.
EAN-nummer (European Article Number): Een EAN-nummer is een unieke 13-cijferige code die wereldwijd wordt gebruikt om producten te identificeren.


Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgende week:
- Opdrachten goederenopslag maken (Blz. 25 stud. handleiding)

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions