1.3 De Eerste Wereldoorlog

De Eerste Wereldoorlog
paragraaf 1.3
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

De Eerste Wereldoorlog
paragraaf 1.3

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe de Eerste Wereldoorlog begon en daarbij   onderscheid maken tussen directe en indirecte oorzaken.
  • Je kunt het verloop van de Eerste Wereldoorlog beschrijven en   uitleggen dat dit een totale oorlog was.
  • Je kunt uitleggen welke gevolgen de Eerste Wereldoorlog voor Europa   had.

Slide 2 - Diapositive

Oorzaken WO1
  1. Nationalisme
  2. Modern imperialisme
  3. Militarisme
    = het verheerlijken van oorlog en geweld 
  4. Wapenwedloop
  5. Bondgenootschappen 
    Geallieerden vs. Centralen
  6.  Franse revanche

Slide 3 - Diapositive

De aanleiding
De moord op de Oostenrijkse kroonprins Frans Ferdinand
--> kettingreactie:
  1. Oostenrijk-Hongarije verklaart Servië de oorlog
  2. Rusland verklaart oorlog aan OH
  3. Duitsland verklaart oorlog aan Rusland
  4. Frankrijk en Engeland raken betrokken als bondgenoot van Rusland 


 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Het begin van de oorlog
  • Veel enthousiasme
  • Veel vrijwillige aanmelding
  • Verwachting van een korte
      oorlog

Back home by Christmas

Slide 6 - Diapositive

Von Schlieffenplan
Duitsland werd aan twee
kanten omringd door de vijand.
--> Von Schlieffen-
plan
: Frankrijk in 6 weken
bezetten door een verrassings-
aanval via België. 



Slide 7 - Diapositive

Von Schlieffenplan: mislukt
  1. België bood meer weerstand dan verwacht
  2. Rusland was eerder gemobiliseerd dan verwacht en viel aan in het oosten

De oorlog kwam aan het westfront tot volledige stilstand:
er ontstond een loopgravenoorlog.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Bekijk de prent.
Onder de afbeelding staat

Au revoir!
Duitsland: Vaarwel, madame, en als ––
Frankrijk: Ha! Wij zullen elkaar wederzien!

  1. Wat zie/lees ik?
  2. Wie/wat herken ik?
  3. Waarop heeft de prent betrekking?
  4. Waarom is de prent gemaakt?
  5. Hoe is de maker beïnvloed door zijn tijd, plaats en achtergrond (standplaatsgebondenheid)

Slide 11 - Diapositive

  1. Wat zie/lees ik?
    Ik lees dat Frankrijk denkt dat ze Duitsland op een later moment weer tegenkomen
  2. Wie/wat herken ik?
    Ik herken links Duitsland en rechts Frankrijk 
  3. Waarop heeft de prent betrekking?
    Op de Frans-Duitse oorlog 
  4. Waarom is de prent gemaakt?
    Om aan te tonen dat Frankrijk nog wraak wilt 
  5. Hoe is de maker beïnvloed door zijn tijd, plaats en achtergrond 
    tijd: 1873 
    plaats: De auteur is waarschijnlijk Frans
    achtergrond: De auteur staat waarschijnlijk aan de kant van Frankrijk

Slide 12 - Diapositive

Bekijk de prent.
Onder de afbeelding staat

Au revoir!
Duitsland: Vaarwel, madame, en als ––
Frankrijk: Ha! Wij zullen elkaar wederzien!

  1. Wat zie/lees ik? 
  2. Wie/wat herken ik?
  3. Waarop heeft de prent betrekking?
  4. Waarom is de prent gemaakt?
  5. Hoe is de maker beïnvloed door zijn tijd, plaats en achtergrond (standplaatsgebondenheid)
Duitse legerhelm (Pickelhaube)
Marianne (symbool voor Frankrijk tijdens Franse Revolutie)

Slide 13 - Diapositive

De Eerste Wereldoorlog
paragraaf 1.3

Slide 14 - Diapositive

De eerste wereldoorlog was van... tot...
A
1914-1917
B
1940-1945
C
1914-1918
D
1914-1919

Slide 15 - Quiz

In de Eerste Wereldoorlog ...
A
was Nederland neutraal
B
hoorde Nederland bij de Geallieerden
C
hoorde Nederland bij de Centralen

Slide 16 - Quiz

Een briefkaart uit de Eerste Wereldoorlog.

Van welke oorzaak van de Eerste Wereldoorlog
is dit een voorbeeld?
A
Modern imperialisme
B
Nationalisme
C
Bondgenootschappen
D
Wapenwedloop

Slide 17 - Quiz

Wat zien we ook alweer als aanleiding van de Eerste Wereldoorlog?

Slide 18 - Question ouverte

Slide 19 - Diapositive

Europese landen breiden hun imperium uit ten behoeve van de eigen industrie (modern imperialisme)
Europese landen sluiten bondgenoot-
schappen
Opkomst militarisme
Industriële wapenwedloop begint
Europa industrialiseert
Industrialisatie krijgt een boost door grondstoffen uit koloniën

Slide 20 - Question de remorquage

Totale oorlog
= een oorlog waarbij de totale samenleving in teken staat van de oorlog

Voorbeelden:
  • dienstplicht voor alle mannen boven de 18
  • door grootschalige bombardementen worden burgers ook slachtoffer
  • vrouwen werkten in oorlogsindustrie of in de zorg voor gewonde soldaten 

= NIET hetzelfde als een wereldoorlog!!!

Slide 21 - Diapositive

Propaganda
Regeringen probeerden hun bevolking
te beïnvloeden met propaganda.
= Reclame voor politieke ideeën of voor een
persoon via massamedia, met als doel zoveel
mogelijk mensen te overtuigen.

  • Het eigen land/idee wordt verheerlijkt
  • of, de tegenstander wordt heel negatief 
     afgeschilderd.

Slide 22 - Diapositive

Het einde van de oorlog: 1917
  1. De VS voegt zich bij de Geallieerden.
  2. In Rusland breekt een burgeroorlog uit
  3. Duitsland heeft geen tweefrontenoorlog meer
  4. De VS versterkt de Geallieerden enorm 

Duitsland kan niets anders dan overgeven.
Op 11-11-1918 wordt de wapenstilstand ondertekend. 

Slide 23 - Diapositive

Verdrag van Versailles
De wapenstilstand werd definitief gemaakt met het Verdrag van Versailles.
Duitsland:
  1. werd als schuldig verklaard 
  2. moest herstelbetalingen doen aan Frankrijk en Engeland
  3. moest grondgebied afstaan 
  4. moest het leger terugbrengen naar 100 000 man. 

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

de dolkstootlegende

Slide 26 - Diapositive

De Duitse keizer Wilhelm I vlucht naar Nederland na het Verdrag van Versailles

Slide 27 - Diapositive

Europa voor 1914
Europa in 1919

Slide 28 - Diapositive

Maken:

1.3

3, 6, 7, 9, 11 en 12

Slide 29 - Diapositive