Signaalwoorden en tekstverbanden H3

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Nederlands

Nederlands

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?

Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.

opsomming

tegenstelling

tijdsvolgorde

echter

maar

ook

nadat

daarnaast

terwijl

want

1. reden
2. vergelijking
3. tegenstelling

dus

1. reden
2. conclusie
3. tegenstelling

toch

1. reden
2. vergelijking
3. tegenstelling

Om mijn Engels te verbeteren, gebruik ik een online cursus Engels.

1. oorzaak/gevolg
2. reden
3. doel/middel
4. toelichting

Voordat Peter naar school gaat, ontbijt hij met zijn moeder. Daarna vertrekt hij naar zijn vriend.

1. opsommend tekstverband
2. chronologisch
3. tegenstellend tekstverband
4. doel/middel verband

Net als in veel landen is het in Nederland verboden mensen te discrimineren op grond van ras.

1. vergelijkend
2. oorzaak/gevolg
3. toelichtend
4. voorwaardelijk

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.

1. chronologie
2. oorzaak-gevolg
3. voorwaarde
4. reden

Vanwege het lawinegevaar konden we niet gaan langlaufen.

1. oorzaak/gevolg
2. tijdsvolgorde
3. tegenstellend
4. concluderend

Hoewel hij arm is, leidt hij een heel gelukkig leven.

1. reden
2. vergelijking
3. tegenstelling

Voor een voetbalwedstrijd heb je een goede conditie nodig, daarom train ik twee keer per week.

1. reden
2. vergelijking
3. tegenstelling

Net als in Amerika gaan ook in Europa steeds meer mensen naar fastfoodketens.

1. reden
2. vergelijking
3. tegenstelling

Ik ben van mening dat we met dit product moeten stoppen, maar daar denkt mijn zakenpartner anders over.

1. reden
2. vergelijking
3. tegenstelling

Nu doen:

Maken: De Brug blz. 256-258