de grote eindexamenquiz
1 / 13
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
precies over ... dagen begint het centraal eindexamen
A
21
B
22
C
23
D
24
Slide 2 - Quiz
het CE Duits is op ..... .......
A
9 mei
B
10 mei
C
13 mei
D
14 mei
Slide 3 - Quiz
voor het eindexamen Duits krijg je ......
A
100
B
120
C
160
D
150
Slide 4 - Quiz
Duits maak je op vrijdag 10 mei van ......... tot .........
A
8.30 - 11.00
B
9.00 - 11.30
C
13.30 - 16.00
D
14.00 - 16.30
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
"nicht nur ...... sondern auch"
betekent:
betekent:
A
eerst ... daarna
B
niet/geen ... maar
C
in plaats daarvan
D
niet alleen ... maar ook
Slide 8 - Quiz
de functie van "dennoch" is:
A
opsomming
B
tegenstelling
C
oorzaak-gevolg
D
conclusie
Slide 9 - Quiz
de functie van "dadurch" is:
A
opsomming
B
tegenstelling
C
oorzaak-gevolg
D
conclusie
Slide 10 - Quiz
"Bestätigung"? betekent:
A
bevestiging
B
voortzetting
C
tegenstelling
D
versterking
Slide 11 - Quiz
"Ergänzung" betekent:
A
inleiding
B
oplossing
C
uitleg
D
aanvulling
Slide 12 - Quiz
"Absatz" betekent:
A
zin
B
alinea
C
regel
D
tekstdeel
