Poser des questions partie 2

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Bonjour la classe

Objectif : poser des questions

Prenez vos livres+cahier+ stylo+ ordinateur

programme

- Révision ( terugblik) (3min)

- poser des questions + vraagwoorden koppelen + passé composé (9 min)

Faire excerciceC+ D / verdieping ( Grandes Lignes)

Réflection

Les objectifs

- een zin vragen kunnen maken met en zonder vraagwoord
- De verschillende vraagwoorden kunnen benoemen (nl/fr) (fr/nl)

- Kunnen benoemen wat het verschil is tussen de p.c. en de présent ( ERK)

In het Frans kun je zinnen op verschillende manieren vragen maken:
Noem 1 manier met vraagwoord + 1 zonder vraagwoord

Vous mangez une glace

Stel een vraag zonder vraagwoord (2x)

Tu es malade

Maak een vraag met een vraagwoord (2x)

WIE

WAT

WAAR

HOE

WANNEER

HOEVEEL

OÙ

QUAND

QUI

Qu'est-ce que

COMMENT

COMBIEN

P.C en présent

Wat is het verschil tussen de présent en p.c.

( benoem ook hoe je bijvoorbeeld (geven) in de p.c. zet

Vous ( praten/p.c) bien français

Ils ( blijven/present) en bonne santé

Excercice ( deux groupes) 15 min

Ging het goed? ->Ouvre Grandes Lignes

2. Faire : Grandes Lignes C+D (ZF) (15 min)

3.Fini/klaar? ( Vocabulaire dans Quizlet) A

Vind je het nog lastig? ->Problemen met vragen stellen en vervoegen -> extra info en excercices sont dans magister messages

Vragenstellen gaat voor mij

1. mieux/meilleur :)
2. superbe! :D
4. difficile! :C

Passé composé et present gingen

1. difficile :(
2. superbe! :D
4. meilleur ;)

Les devoirs

- faire : C+D Grandes LIgnes

Dans quizlet: VOCABULAIRE A ( woorden en zinnen)