Pv in samengestelde zinnen

Vrij. 9/2 - 2h1
Lezen
Vragen over huiswerk?
Pv in samengestelde zinnen
Aan de slag
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vrij. 9/2 - 2h1
Lezen
Vragen over huiswerk?
Pv in samengestelde zinnen
Aan de slag

Slide 1 - Diapositive

Lezen!

Slide 2 - Diapositive

Vragen over het huiswerk?
Antwoorden komen in Classroom te staan.

Slide 3 - Diapositive

Pv in samengestelde zinnen
1. Enkelvoudige zin: heeft 1 pv
2. Samengestelde zin: heeft 2 pv's

--> Hoe vind je de pv's?
  1. Verander de tijd van de zin.
  2. Let op! Een vraagzin maken heeft geen zin, je vindt dan maar een van de twee persoonsvormen.

Slide 4 - Diapositive

Enkelvoudig of samengesteld?
Onderstreep de persoonsvormen:
  • 1 persoonsvorm? Enkelvoudige zin 
  • Meerdere persoonsvormen? Samengestelde zin 

Voorbeelden:
Ik heb mijn huiswerk gemaakt. (enkelvoudig)
Mijn moeder zegt dat ik een koekje mag. (samengesteld)
Ik fiets eerst naar school en ik loop daarna naar huis. (samengesteld)

Slide 5 - Diapositive

PERSOONSVORM IN SAMENGESTELDE ZINNEN

Zo schrijf je de persoonsvorm in een samengestelde zin:

  • zoek de persoonsvorm: zet de zin in gedachten in een andere tijd

VB: Lotte denkt dat haar cijfer een voldoende is.

->

Lotte dacht dat haar cijfer een voldoende was.



Slide 6 - Diapositive

PERSOONSVORM IN SAMENGESTELDE ZINNEN

  • Kijk of het de tegenwoordige tijd (tt) of de verleden tijd (vt) is
  • Kijk naar het onderwerp om te zien of de pv enkelvoud (ev) of meervoud (mv) is
  • Vul de juiste vorm van het werkwoord in


Slide 7 - Diapositive

Oefenen
Schrijf op in je schrift:
  1. De brandweer ... (beweren) dat zo'n ramp bijna nooit ... (gebeuren).
  2. Het ... (verbazen) me dat je elke zaterdag zo lang ... (uitslaapt).
  3. Dat zijn vader zijn telefoonrekening ... (betalen), ... (vinden) ik maar vreemd.

Slide 8 - Diapositive

Antwoorden oefening
  1. De brandweer beweert dat zo'n ramp bijna nooit gebeurt
  2. Het verbaast me dat je elke zaterdag zo lang uitslaapt.
  3. Dat zijn vader zijn telefoonrekening betaalt, vind ik maar vreemd.

Slide 9 - Diapositive

Aan de slag!
Maken blz. 156 - 157: opdr. 1 t/m 5

Klaar? Oefen met de werkwoordspellingapp in Blink of ga aan de slag met de lessen 'werkwoordspelling' in Blink.

Slide 10 - Diapositive