Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Tekst
gezichts- zintuig
gehoor- zintuig
reuk- zintuig
tast- zintuig
smaak- zintuig
evenwichts-zintuig
Slide 2 - Question de remorquage
Wat is de functie van de oorschelp?
A
Geluid opvangen
B
Esthetisch (mooi)
C
Bescherming
Slide 3 - Quiz
Waar in het oor zitten de gehoorzintuigcellen?
A
Gehoorgang
B
Trommelholte
C
Slakkenhuis
Slide 4 - Quiz
Barbara heeft bruine ogen. Dat komt doordat haar pupillen bruingekleurd zijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quiz
Bij fel licht is de pupil...
A
klein
B
groot
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
vragen
VRAGEN?
Slide 19 - Diapositive
Gehoorzintuig
Gezichtszintuig
Reukzintuig
Evenwichtszintuig
Smaakzintuig
Tastzintuig
Drukzintuig
Warmte zintuig
Koude zintuig
Pijn zintuig
Geur
Licht
Smaak
Lichte aanraking
Geluid
Zwaartekracht
Druk
Hogere temperaturen
Pijn
Lagere temperaturen
Slide 20 - Question de remorquage
Waar bevinden de reukzintuigcellen en de reukharen zich?
A
Onderin de neusholte in het neusslijmvlies
B
Bovenin de neusholte in het neusslijmvlies
Slide 21 - Quiz
Lederhuid
Opperhuid
Slide 22 - Question de remorquage
Vier leerlingen doen een uitspraak over de afbeelding. - Anja zegt dat in die afbeelding een deel van de tong is getekend. - Boris zegt dat in die afbeelding een deel van de huid is getekend. - Caspar zegt dat P een smaakknopje aangeeft. - Diane zegt dat P een tastknopje aangeeft.
Welke leerlingen hebben gelijk?
A
Boris en Caspar
B
Boris en Casper
C
Anja en Diane
D
Anja en Caspar
Slide 23 - Quiz
Wat is een adequate prikkel
A
De prikkel waar een zintuig gevoelig voor is
B
De kleinste prikkel die een zintuig kan waarnemen
C
Een prikkel waar het zintuig ongevoelig voor is
D
Een signaal dat via de zenuwen naar de hersenen gaat
Slide 24 - Quiz
Als een voetballer een bal tegen zijn oog aankrijgt ontstaan er impulsen in je ogen. Je kan dan "sterretjes" zien. Is de druk van de bal voor je ogen een adequate of niet-adequate prikkel?
A
Adequate prikkel
B
Niet-adequate prikkel
Slide 25 - Quiz
De zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt heet de ...
A
Adequate prikkel
B
Gewenning
C
Drempelwaarde
D
Zintuig
Slide 26 - Quiz
Een zintuig met een hoge drempelwaarde zal eerder reageren op een prikkel dan een zintuig met een lage drempelwaarde
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quiz
Je hebt de hele dag sokken aan. Toch voel je dit niet. Hoe komt het dat je dat niet waarneemt?