5H een vraag stellen in het Frans Grammaire

ik kan iemand ovr sport en gezondheid interviewen

ik weet hoe ik een vraag stel in het Frans 
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

ik kan iemand ovr sport en gezondheid interviewen

ik weet hoe ik een vraag stel in het Frans 

Slide 1 - Diapositive

le programme
kennis ophalen over vraagzinnen
luisteren naar vraagzinnen (klassikaal)
uitleg vraagzinnen met en zonder vraagwoorden
maken opdracht 30 31 en 33 

Slide 2 - Diapositive

wat weet ik over vraagzinnen
in het Frans?

Slide 3 - Carte mentale

.
Vous aimez les fruits
Tu es souvent malade
Est-ce que tu fais du sport
Est-ce qu'il est végétarien
Il ne mange pas de viande 
Moi, je déteste les légumes 

Slide 4 - Question de remorquage

Slide 5 - Lien

Een vraag stellen met est-ce que
Wat betekent est-ce que?
Waar plaats je est-ce que in de zin?
Wanneer gebruik je est-ce qu'?

Slide 6 - Diapositive

vraagzinnen met vraagwoorden

Slide 7 - Diapositive

vraagwoorden
in het Frans

Slide 8 - Carte mentale

wat
waarom
waar
wie
hoe
wanneer
hoeveel
quand
comment
combien
pourquoi
qui
qu'est-ce que

Slide 9 - Question de remorquage

Hoe stel ik een vraag met vraagwoorden

film

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Lien

Waar plaats ik een vraagwoord in de zin?
A
begin van de zin
B
na het eerste werkwoord
C
na het onderwerp
D
einde van de zin

Slide 12 - Quiz

Wat is de volgorde van een vraagzin wanneer er een vraagwoord en est-ce que gebruikt worden
A
vraagwoord+ est-ce que + gewone zin
B
est-ce que+ vraagwoord + gewone zin
C
est-ce que + gewone zin + vraagwoord
D
vraagwoord + gewone zin+ est-ce que

Slide 13 - Quiz

au travail
à faire : 
ex: 30c 31a 31c 31d 31e 33a 

Slide 14 - Diapositive

ik kan vraagzinnen maken in het Frans
ja
nee

Slide 15 - Sondage