Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Paragraaf 4
Werktuigen
Slide 1 - Diapositive
Planning
10 min. Opdr 2.3 bespreken
15 min. Uitleg
Leerdoelen Lesstof Filmpje
10 min. Opdrachten maken 5 min. Opdrachten bespreken 20 min. Huiswerk maken 5 min. Gesnapt?
Slide 2 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt verschillende soorten hefbomen onderscheiden.
Je kunt hefbomen in werktuigen herkennen.
Je kunt bij werktuigen rekenen met de momentenwet.
Slide 3 - Diapositive
Hefbomen
Soms is je spierkracht niet groot genoeg. In zo’n geval gebruik je een werktuig, dat helpt je om meer kracht uit te oefenen. Bijvoorbeeld een steeksleutel.
Je spierkracht werkt op het uiteinde van de steeksleutel, ver van het draaipunt. Hierdoor oefent de sleutel een kracht uit op de moer, dicht bij het draaipunt. De kracht op de moer is groter dan jouw spierkracht. Dat merk je: je kunt de moer met de sleutel gemakkelijk losdraaien.
Slide 4 - Diapositive
Momentenwet
Slide 5 - Diapositive
Momentenwet werktuigen
Slide 6 - Diapositive
Dubbele hefboom
Slide 7 - Diapositive
Werktuig met draaipunt
Slide 8 - Diapositive
Momentenwet
Slide 9 - Diapositive
DOEN:
Opdracht 1 en 2
Klaar? ga verder met de overige opgaven
timer
10:00
Slide 10 - Diapositive
HUISWERK
Opdracht 1 t/m 7 af voor volgende les.
Slide 11 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt verschillende soorten hefbomen onderscheiden.
Je kunt hefbomen in werktuigen herkennen.
Je kunt bij werktuigen rekenen met de momentenwet.