4.5.2: omschrijvingen en begrippen herkennen

Hallo allemaal
- Berg je telefoon op in de tas en ga op je plaats zitten
- Leg je spullen voor Nederlands op je tafel
- Ga alvast lezen in je leesboek



1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hallo allemaal
- Berg je telefoon op in de tas en ga op je plaats zitten
- Leg je spullen voor Nederlands op je tafel
- Ga alvast lezen in je leesboek



Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lezen en huiswerk check
Tijdens het stillezen, controleer ik het huiswerk van enkele leerlingen. Leg dus je werk open voor je op tafel bij opdr. 5,6,7
Huiswerk niet gemaakt is voor de volgende les 1x overschrijven van de woordenlijst. 
1mB
1mC
timer
10:00

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lezen
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Woorden leren
Je krijgt 3 minuten om de eerste vijf woorden van de woordenlijst te leren. Je doet dat in stilte. 

Dat kan op de volgende manieren:
- Dek de betekenis af en omschrijf het woord. Eerst op volgorde, daarna door elkaar.
- Dek het woord af en benoem het woord bij de betekenis. Eerst op volgorde, daarna door elkaar.
- Schrijf de woorden met betekenis over. 
- Maak zinnen met de woorden. 
- Eigen ideeën en manier om te leren mag ook. 


timer
3:00

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk woord hoort bij het plaatje, wat betekent het woord en maak een zin!

Slide 5 - Diapositive

de associatie: ik associeer rook altijd met vuur. 

de carrière: Ik droom van een carrière als docent. 

Belanden: De chauffeur is met zijn auto in de sloot beland. 




Lesdoelen 
In deze paragraaf leer je: 

• ongeveer 30 nieuwe woorden;
• hoe je omschrijvingen en begrippen herkent

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik / voorkennis
Vandaag gaan we het hebben over omschrijvingen en begrippen. 

Wat bedoelen we met een omschrijving?
Wat is dan een begrip?

Waarom denk je dat het belangrijk is om omschrijvingen en begrippen te kunnen herkennen?

Slide 7 - Diapositive

6 categorieën waar je zn in kunt delen: mensen, dieren, planten, dingen, begrippen en eigennamen

Herkennen aan: 
je kunt er meestal een lidwoord voor zetten.
een zn kun je meestal in het meervoud zetten. 
een zn kun je verkleinen

persoonsvorm
voltooid deelwoord
infinitief
van een zn kun je meestal een verkleining maken.
Omschrijving en begrippen
In een tekst worden moeilijke woorden soms omschreven. Zo’n omschrijving staat in de buurt van het moeilijke woord en wordt soms met signaalwoorden aangegeven zoals: 
betekenen, heten, zogenaamd of dat wil zeggen
BV;
Bloedcirculatie betekent het rondstromen van het bloed in je lichaam.
Barbaars, dat wil zeggen, wreed, slecht en gemeen.

In veel schoolboeken staan begrippen. Dit zijn woorden die extra belangrijk zijn voor de lesstof. Vaak zijn ze dikgedrukt of ze hebben een kleur. Meestal staat er een duidelijke omschrijving direct voor of achter het begrip:

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 In welke twee zinnen staat een omschrijving van het onderstreepte woord?

1. Bij de sport Lacrosse is het de bedoeling om met behulp van een stick met een netje eraan te scoren in de goal van de tegenstander.
2. Lacrosse is de oudste teamsport ter wereld.
3. Lacrosse is een mengeling van basketbal, american football, hurling, ijshockey en hockey.
4. Lacrosse wordt in Nederland door ongeveer achthonderd mensen beoefend.

Slide 9 - Diapositive

1 & 3

Aan het werk
Hoofdstuk 4, §4.5 woorden, opdr. 8, 13, 11

Begrijp je iets niet, vraag het eerst je buur!

Klaar? 
  1. nakijken (even kijken of iedereen in de antwoorden kan)
  2. woorden oefen met de woordtrainer of lezen in je leesboek
Niet klaar? dan is dit je huiswerk

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik / afsluiting


Kun je in 1 zin vertellen wat je geleerd heb deze les?

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Hoofdstuk 4 §4.5 woorden, opdr.  8, 13, 11
maken en nakijken
Belangrijk: kijk na met een andere kleur en zet een krul of kruis

Leer de eerste 5 woorden van de woordenlijst

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions