7.2

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Les 7.2

Bijna iedereen heeft de vorige les gemaakt en jullie hebben dat ook heel goed gedaan! Mijn complimenten. 

Deze week les 7.2

In deze les:

Leer je tabellen en diagrammen lezen.

In deze corona-tijd heb je al veel

tabellen en diagrammen voorbij

zien komen.

Het is belangrijk dat je dit soort

diagrammen goed kunt lezen, 

zodat je conclusies kunt trekken.

Belangrijk bij het lezen van tabellen en diagrammen

1. Lees de titel
2. Lees welke gegevens er in staan
3. Lees de legenda

Als je begrijpt waar het over gaat, kun je een conclusie trekken en daarmee een beslissing nemen.

Stel je wilt geen Nederlanders tegen komen op je vakantie. Naar welk land kun je dan het beste gaan?

Uitleg op de volgende pagina.

Geen uitleg nodig? Ga direct naar de vraag.

1. Lees de titel (Waar gaat het over?)
2. Lees de gegevens (Welke landen zie je? Wat betekenen de getallen?)
3. Conclusie: Waar zijn veel Nederlanders? Waar juist niet?

Stel je wilt geen Nederlanders tegen komen op je vakantie. Naar welk land kun je dan het beste gaan?

1. Duitsland
2. Frankrijk
3. Oostenrijk
4. België

bekijk het diagram

1. De titel: Waar gaat het over?
2. De gegevens: Wat staat er onderaan (horizontaal)? Dat zijn hier de jaren dat er is geteld. Wat staat er verticaal? Dat zijn procenten.
3. In 1992 is er voor het eerst geteld en dat is hier 100%

Vraag 18
b. Hoeveel procent hoort bij 2003?

1. 50%
2. 63%
3. 70%
4. 30%

Vraag 18
c. Met hoeveel procent is het aantal vlinders afgenomen tussen 1992 en 2003?

1. 100% - 50% = 50%
2. 100% - 63% = 37%
3. 100% - 63% = 47%
4. 100% - 30% = 70%

Vraag 18
d. In welke jaren is het aantal vlinders onder de 40% gezakt?

1. 2003, 2004, 2005
2. 1999 en 2002
3. 2007, 2008, 2012

Vraag 19
a. Welke conclusie trek jij uit het diagram?

1. Het aantal vlinders in Nederland neemt toe
2. Het aantal vlinders in Nederland neemt af.

19. De afname is een conclusie.
b. Welk advies zou jij nu geven?

Een conclusie trekken en een beslissing nemen

Uit de gegevens in een tabel of diagram kun je dus een conclusie trekken. Bijvoorbeeld: het aantal vlinders neemt af.

Je kunt op basis van jouw conclusie een beslissing nemen. Bijvoorbeeld: Ik zet een vlinderstruik in mijn tuin.

Op de volgende pagina nog een paar voorbeelden

Een conclusie trekken

Tussen 13:00uur en 15:00uur is het het drukst in het zwembad.

In april regent het het vaakst

In juli is het boven de 4O graden in Turkije

Een beslissing nemen

Ik ga voor of na die tijden zwemmen.

Ik zorg dat ik een paraplu bij me heb.

Dat is mij te warm, ik ga wel in september naar Turkije.

Op de volgende pagina's maak je een aantal opgaven uit het boek. Je kunt, als je wilt, je boek erbij pakken. De vragen zijn meerkeuze, maar bij de conclusie of beslissing wil ik je eigen antwoord lezen.

Succes!

23. Patiënten kunnen bellen om een afspraak te maken. Soms moet je lang wachten tot je aan de beurt bent.
a. Waarover gaat de tabel?

1. Wachttijden in het ziekenhuis
2. Hoe lang een afspraak duurt.
3. Of je snel aan de beurt bent als je belt voor een afspraak
4. Wanneer je het beste langs kunt komen.

23.
b. Vanaf welk tijdstip kun je 's morgens bellen?

1. half 8
2. half 7
3. 5 uur
4. half 9

23.
c. Heb je direct 's morgens om half 8 al lange wachttijden?

1. ja
2. nee

23.
d. Op welke dagen van de week kun je geen afspraak maken?

1. woensdag en zaterdag
2. vrijdag en zaterdag
3. zaterdag en zondag
4. zondag en maandag

24.
a. Hans belt op maandag om 9:00uur. Welke conclusie klopt?

1. Er zijn geen wachttijden
2. Hij is waarschijnlijk direct aan de beurt
3. Het kan soms druk zijn op dat moment, dus misschien moet hij even wachten
4. Het is dan altijd erg druk, dus grote kans dat hij moet wachten

24.
b. Wanneer is het druk op dinsdag?

1. Er zijn geen wachttijden op dinsdag
2. Aan het einde van de dag
3. Op dinsdag is het altijd rustig
4. tussen 9 en 11 uur

25
a. Welke conclusie trek jij uit deze tabel? Wat vind jij een goede conclusie? (er zijn meerdere antwoorden goed)

1. Woensdagmiddag is het altijd erg druk
2. Je kunt het beste bellen op dinsdag t/m vrijdag van half tot 9 uur.
3. Het maakt niet zoveel uit wanneer je belt
4. Op maandagochtend is het altijd druk

25.
b. Welke beslissing zou jij nemen? (als jij een afspraak zou moeten maken)

26. Welke conclusie kun je trekken uit de tabel?

In Holwerd wordt elke dag de windrichting gemeten. Elke maand wordt daarvan een diagram gemaakt.
27.a. Over welke maand gaat het diagram?

1. januari
2. februari
3. maart
4. april

27.
b. In hoeveel procent van de tijd waaide de wind uit het zuidoosten?

1. 10%
2. 20%
3. 25%
4. 30%

28.
Trek een conclusie uit het diagram.

31.
a. In welke plaats komen de meeste aardbevingen voor?

1. Loppersum
2. Appingedam
3. Midlaren
4. Siddeburen

31.
b. Hoeveel aardbevingen zijn er geweest in Appingedam?

1. 6
2. 32
3. 300
4. 18

31.
c. Hoeveel van die bevingen in Appingedam hadden een kracht van 0-1 op de schaal van Richter?

1. 6
2. 32
3. 2
4. 8

32.
a. Hoeveel aardbevingen zijn er geweest in Wirdum?

1. 20
2. 10
3. 2
4. 8

32.
b en c.
Hoeveel hadden een kracht van 0-1 en hoeveel van 1-2?

1. 10 op de schaal van 0-1 20 op de schaal van 1-2
2. 2 op de schaal van 0-1 18 op de schaal van 1-2
3. 20 op de schaal van 0-1 20 op de schaal van 1-2
4. 18 op de schaal van 0-1 2 op de schaal van 1-2

33.
a. In welke twee plaatsen zijn de krachtigste aardbevingen geweest?

1. Midlaren en Roswinkel
2. Wirdum en Siddeburen
3. Loppersum en Westeremden
4. Roswinkel en Westeremden

33b. Gerran trekt een conclusie: "In Noord-Nederland zijn 8 bevingen geweest met een kracht van 3 of hoger" Welk antwoord vind jij het best?

1. Hij heeft gelijk, de paarse stukken zijn samen 8.
2. Hij heeft ongelijk, de paarse stukken zijn samen 6.

Tabellen en diagrammen zorgen ervoor dat je snel en eenvoudig informatie kan zien en vergelijken. Dat gebeurt nu elke dag in de kranten en in het journaal. Maar soms staan er fouten in, waardoor het beeld niet helemaal klopt.

Ontdek jij de fouten?

Welke fouten heb jij ontdekt?

Bedankt voor het volgen van deze les. Vul tot slot de laatse vragen nog in.

Hoe gaat het met je? Hou je het thuis nog een beetje vol?

Heb je nog vragen over de les?