Apprendre 9

Mijn idool is Slimane.
  • Mijn idool
  • Mon idole
  • is Slimane.
  • c'est Slimane.
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Mijn idool is Slimane.
  • Mijn idool
  • Mon idole
  • is Slimane.
  • c'est Slimane.

Slide 1 - Diapositive

Mijn idool is Slimane.

Mon idole c'est Slimane.

Slide 2 - Diapositive

Mijn idool is Slimane.

Slide 3 - Question ouverte

Ik vind hem de beste zanger van de wereld.
  • Ik vind dat het is
  • Je trouve que c'est
  • de beste zanger
  • le meilleur chanteur
  • van de wereld.
  • du monde.

Slide 4 - Diapositive

Ik vind hem de beste zanger van de wereld.

Je trouve que c'est le meilleur chanteur du monde.

Slide 5 - Diapositive

Ik vind hem de beste zanger van de wereld.

Slide 6 - Question ouverte

Ik bewonder hem omdat hij het goede voorbeeld geeft.
  • Ik bewonder hem
  • Je l'admire
  • omdat hij geeft
  • parce qu'il donne
  • het goede voorbeeld.
  • le bon exemple.

Slide 7 - Diapositive

Ik bewonder hem omdat hij het goede voorbeeld geeft.

Je l'admire parce qu'il donne le bon exemple.

Slide 8 - Diapositive

Ik bewonder hem omdat hij het goede voorbeeld geeft.

Slide 9 - Question ouverte

Hij heeft veel talent.
  • Hij heeft
  • Il a
  • veel talent.
  • beaucoup de talent.

Slide 10 - Diapositive

Hij heeft veel talent.

Il a beaucoup de talent.

Slide 11 - Diapositive

Hij heeft veel talent.

Slide 12 - Question ouverte

Hij is bekend omdat hij vaak op de radio is.
  • Hij is bekend
  • Il est connu
  • omdat hij is
  • parcequ'il est
  • vaak op de radio.
  • souvent à la radio.

Slide 13 - Diapositive

Hij is bekend omdat hij vaak op de radio is.

Il est connu parce qu'il est souvent à la radio.

Slide 14 - Diapositive

Hij is bekend omdat hij vaak op de radio is.

Slide 15 - Question ouverte

Hij is aardig en bescheiden daar houd ik van.
  • Hij is aardig en bescheiden
  • Il est gentil et modeste
  • daar houd ik van.
  • j'aime ca.

Slide 16 - Diapositive

Hij is aardig en bescheiden daar houd ik van.

Il est gentil et modeste j'aime ca.

Slide 17 - Diapositive

Hij is aardig en bescheiden daar houd ik van.

Slide 18 - Question ouverte

Ik ben ook fan van hem omdat ik van zijn stijl houd.
  • Ik ben ook fan
  • Je suis aussi fan
  • van hem
  • de lui
  • omdat
  • parce que
  • ik houd van zijn stijl.
  • j'aime son style.

Slide 19 - Diapositive

Ik ben ook fan van hem omdat ik van zijn stijl houd.

Je suis aussi fan de lui parce que j'aime son style.

Slide 20 - Diapositive

Ik ben ook fan van hem omdat ik van zijn stijl houd.

Slide 21 - Question ouverte

Ik zou net zo beroemd willen zijn als mijn idool.
  • Ik zou willen zijn
  • Je voudrais être
  • net zo beroemd als 
  • aussi célèbre que
  • mjin idool.
  • mon idole.

Slide 22 - Diapositive

Ik zou net zo beroemd willen zijn als mijn idool.

Je voudrais être aussi célèbre que mon idole.

Slide 23 - Diapositive

Ik zou net zo beroemd willen zijn als mijn idool.

Slide 24 - Question ouverte