29 januari 2021 (1)

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

Reminder: afspraken in de online lessen

1. Thuis heb je een rustige werkplek, het liefst aan een tafel of bureau.

Op deze werkplek heb je plaats voor je chromebook, je boeken, etui en ruimte om te

schrijven.

2. Je volgt al je lessen volgens je lesrooster.

3. Je logt op tijd in bij elke les, net als je docent.

Je zet je camera aan en je microfoon uit, tenzij je docent je iets vraagt.

4. Je bent de hele les ingelogd, tenzij de docent een andere instructie geeft.

5. Je neemt actief deel aan de lessen.

6. Je maakt je opdrachten en huiswerk zoals dit wordt opgegeven door de docent.

7. Je houdt je in de lessen aan alle geldende afspraken.

Today 

1. Herhaling grammar lesson 1 + 2

2. Quiztime: grammar & words

3. Rounding off

(4. Homework)

1. Je begrijpt de grammatica van lesson 1 & lesson 2.
2. Je oefent met de grammatica & words, lesson 1 & lesson 2. 
3. Je hebt goed meegedaan. 

Onderdeel 1

comparisons

Zelfstandige naamwoorden...

1. vertellen iets over iemand of iets
2. zijn mensen, dieren en dingen

Bijvoeglijke naamwoorden

1. vertellen iets over een zelfstandig naamwoord
2. zijn woorden waar je 'de' , 'het' en 'een' voor kunt zetten.

Bij het maken van vergelijkingen tussen personen of dingen, gebruik je comparisons.

1. Waar
2. Niet waar

Om de juiste vergelijking te kunnen maken, moet je kijken naar het aantal lettergrepen.

1. Waar
2. Niet waar

Hoeveel lettergrepen heeft het bijvoeglijk naamwoord 'popular'?

1. 1
2. 2
3. 3

Hoeveel lettergrepen heeft het bijvoeglijk naamwoord 'tall'?

1. 1
2. 2
3. 3

Onderdeel 2

Future tense

Je kunt de future tense op 2 manieren maken.

1. Waar
2. Niet waar

Je gebruikt 'will + hele werkwoord' om de future tense te maken als...
(meerdere antwoorden)

1. Je iets afgesproken hebt om te doen.
2. Je spontaan besluit iets te doen.
3. Je een voorspelling doet waarvoor je géén bewijs hebt.
4. Je een belofte doet.

'I will do my homework' is een voorbeeld van...

1. Een spontaan besluit.
2. Een belofte
3. Een voorspelling waarvoor je geen bewijs hebt.

'We won't live on Mars in 2035' is een voorbeeld van...

1. Een spontaan besluit.
2. Een belofte
3. Een voorspelling waarvoor je geen bewijs hebt.

Je gebruikt 'to be going to' + hele werkwoord' om de future tense te maken als.. (meerdere antwoorden)

1. Je een voorspelling doet waarvoor je bewijs hebt
2. Je een spontane beslissing maakt.
3. Je afgesproken hebt om iets te doen.

'Look at those dark clouds! It is going to rain!' is een voorbeeld van..

1. een voorspelling waarvoor je bewijs hebt
2. een afspraak die je gemaakt hebt.

Vul in:
She .... him tomorrow.

1. are going to see
2. is going to see
3. am going to see

Vul in:
My parents and I ..... to Italy this summer.

1. are going to go
2. is going to go
3. am going to go

Quiztime!

Let's play a game!

Work

Unit 4, lesson 1: alles t/m de practise more

Unit 4, lesson 2: exc. 12 t/m de practise more

Ik snap na deze les...

Meer van de grammatica

Hetzelfde van de grammatica

Minder van de grammatica