Introductieles

• Biologie
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

• Zitten volgens de plattegrond
• Spullen op tafel

       Boek, werkboek, schrift

• Tas van tafel

• Naambordje op tafel
• Spullen op hoek van de tafel

     Boek, werkboek, ipad

• Potlood, gum, geodriehoek
• Alvast lezen blz. 10 en 11

Wat gaan we deze les doen?

• Hoe aan de slag met biologie? (blz 2 en 3)
• Link Magister controleren
• Introductie Het vak biologie lezen
• Tekenregels
• Oefenen
• Afsluiten

Gras is ..

1. Levend
2. Dood
3. Levenloos
4. Geen idee

Stel je hebt een operatie waarbij je een donorhart krijgt. Dit hart is ...

1. Levend
2. Dood
3. Levenloos
4. Geen idee

Als iets leeft dan noem je het een ..

Dit is een voorbeeld van levensverschijnsel...

Leerdoelen

1.  Je leert goed te kijken naar (kenmerken van) organismen

2.  Je leert wat een natuurgetrouwe- en een schematische tekening is

3.  Je leert wat een buitenaanzicht is

4. Je leert wat een lengte- en dwarsdoorsnede is

5.  Je leert te tekenen volgens de tekenregels

Waarom tekenen?

1. Om een organisme later te bekijken
2. Om een organisme nauwkeurig te bestuderen
3. Om verbanden in de bouw van het organisme te ontdekken

Natuurgetrouw

• Zo precies mogelijk nagetekend
• Veel details
• Vaak in kleur

Schematisch

• Alleen de belangrijkste kenmerken zijn getekend
• Weinig/geen details
• Meestal geen kleuren

Wat teken je?

• Buitenaanzicht : je tekent de buitenkant van het organisme
• Lengtedoorsnede: het organisme is in de lengte door midden gesneden
• Dwarsdoorsnede: het organisme is dwars door midden gesneden

Welke 2 type tekeningen zie je?

1. buitenaanzicht en dwarsdoorsnede
2. dwarsdoorsnede en lengtedoorsnede
3. buitenaanzicht en lengtedoorsnede

Tekenregels

• Maak grote tekeningen
  
• Gebruik atlijd potlood (HB) en geodriehoek
• Kleur met potloden
• Teken eerst met dunne lijnen de omtrek,    maar niet gaan schetsen
• Teken wat je ziet, niet wat je moet zien
• Teken niet te moeilijk/ingewikkeld
• Zet alle informatie bij de tekening
• Zet de namen bij de delen die je kent
• Werk netjes
  

Wat teken je bij een doorsnede?

1. Snijplank
2. Snijvlak
3. De diepte

Ga aan de slag met:

• Lezen blz. 10 en 11
  
• Maken Werkboek Opdr. 4

      en 5                  

Klaar met het bovenstaande?

• Verder met opdracht 6

Daarna:

• Samenvatten of  leervragen
• Flitskaarten en Test Jezelf

Werken met fluisteren

• Vragen : steek je vinger op, de docent/toa komt langs
• Je fluistert alleen met de personen in je groepje
• Je blijft op je plek

Opdracht 6

Je hebt 3 tekeningen van de appel gemaakt:

- een natuurgetrouwe tekening van het buitenaanzicht: 1, 2 of 3? 

- een schematische tekening van de lengtedoorsnede: 1, 2 of 3? 

- een schematische tekening van de dwarsdoorsnede: 1, 2 of 3? 

Verbetertip:

Probeer de lijnen nog strakker te tekenen en laat bij 

het sluiten van de lijn geen verdikking ontstaan.

Afsluiting

• Begrippen: Natuurgetrouw, schematisch, dwarsdoorsnede, lengtedoorsnede
• Je kunt de verschillende soorten tekeningen  herkennen
• Je kunt verschillende doorsneden herkennen
• Je kunt een tekening maken volgens de tekenregels