1E 12 april

Welkom bij Nederlands!
Niet vergeten : telefoon in je kluis ?
Op tafel: 
Leesboek, chromebook
Kauwgum in de prullenbak
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Nederlands!
Niet vergeten : telefoon in je kluis ?
Op tafel: 
Leesboek, chromebook
Kauwgum in de prullenbak

Slide 1 - Diapositive

boek lezen/nos.nl
timer
10:00

Slide 2 - Diapositive

Vandaag
bespreken huiswerk
persoonsvorm tt
korte pauze 
persoonsvorm tt
spellingoefenen.nl
blooket
einde les 

Slide 3 - Diapositive

Formuleren §3
verwijswoorden

Slide 4 - Diapositive

Verwijswoorden
De chimpansee is de bekendste mensaap. De chimpansee is bijna net zo groot als de mens, maar een stuk lichter, behaarder en iets minder intelligent. De chimpansee is wel sterker en de chimpansee kan veel beter klimmen. Toch blijft een chimpansee bij voorkeur op de grond. 

Slide 5 - Diapositive

Verwijswoorden
  • Doel: voorkomen dat je een zelfstandig naamwoord steeds herhaalt
  • Een verwijswoord verwijst terug naar een woord dat eerder genoemd is, of nog komt.

Slide 6 - Diapositive

Welk verwijswoord?
  • Afhankelijk van het woordgeslacht van het zelfstandig naamwoord waarnaar het verwijswoord terugwijst.
  • Mannelijk (m), vrouwelijk (v) of onzijdig (o)
  • Mannelijk en vrouwelijk = lidwoord de
  • Onzijdig = lidwoord het

  • Bij twijfel: zoek het woord op in het woordenboek!

Slide 7 - Diapositive

Woordgeslacht
  • Zelfstandige naamwoorden: fiets, boom, huis, ...
  • Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig
  • Heeft meestal niets te maken met de betekenis van het woord!
Opzoeken in het woordenboek/ internet
  1.  Online woordenboek of  vandale.nl
  2.  Kijk naar de letter die achter het woord staat: dat is het woordgeslacht
m = mannelijk
 v  = vrouwelijk
 o  = onzijdig

Slide 8 - Diapositive

Welk verwijswoord?
Enkelvoud (m)
Hij, hem, zijn
Deze, die
Enkelvoud (v)
Zij, ze, haar
Deze, die
Enkelvoud (o)
Het, zijn
Dit, dat
Meervoud
Zij, ze, hen, hun
Deze, die

Slide 9 - Diapositive

DEZE, DIE, DIT, DAT
Dit zijn verwijswoorden.
Ezelsbruggetje:
  • dezE en diE gebruik je bij dE-woorden.

  • diT en daT gebruik je bij heT-woorden.



Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Lien

Huiswerk
Maak cursus 6 §3 opdracht 1 tot en met 4

Slide 12 - Diapositive

Lesdoel
Je kunt de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd  goed spellen.

Slide 13 - Diapositive

Hoe kun je de persoonsvorm in een zin vinden?

Slide 14 - Question ouverte

persoonsvorm tegenwoordige tijd

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien

Wat gaat hier mis?

Slide 17 - Diapositive

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(onthouden) ... jij dat tot morgen?
A
onthoud
B
onthoudt
C
onthield
D
onthouden

Slide 18 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
Hij onthoud
B
Hij onthoudt

Slide 19 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
De overvaller (beroven) het gezin.
A
berooft
B
beroofd

Slide 20 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
Dat (gebeuren) beslist niet!
A
gebeurt
B
gebeurd

Slide 21 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Ik (worden) morgen 13 jaar.
A
wort
B
word
C
wordt

Slide 22 - Quiz

Wat klopt hier niet?

Slide 23 - Diapositive

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
(draaien) Hij ... er altijd omheen.

Slide 24 - Question ouverte

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Achmed ........... (vertellen) aan zijn moeder dat hij nooit meer vuurwerk zal afsteken.

Slide 25 - Question ouverte

De ballon (belanden) in de boom.

Slide 26 - Question ouverte

Ik (vinden) er niets aan.

Slide 27 - Question ouverte

De kip (broeden) al 2 weken.

Slide 28 - Question ouverte

(Houden) jij ook van nasi?

Slide 29 - Question ouverte

Hij (schelden) iemand uit.

Slide 30 - Question ouverte

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
(bedoelen) Wat ... u daarmee?

Slide 31 - Question ouverte

Kun jij de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Sondage

Korte pauze!
timer
5:00

Slide 33 - Diapositive

Huiswerk
Maak cursus 7 §8
pv tt
alles
klaar ?
 spellingoefenen.nl



Slide 34 - Diapositive

Einde Les

Slide 35 - Diapositive

1E 12 april

Slide 36 - Diapositive