Hoofdstuk 2

Tropisch regenwoud
1 / 21
suivant
Slide 1: Carte mentale
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Tropisch regenwoud

Slide 1 - Carte mentale

Wat zijn kenmerken van tropische regenwouden?

  • Het is er altijd warm
  • Er valt erg veel neerslag
  • Bomen groeien in etages

Slide 2 - Diapositive

Waardoor wordt het Amazongebied bedreigd?
A
Door de warmte
B
Door te veel neerslag
C
Ontbossing
D
Modderstromen

Slide 3 - Quiz

Wat is ontbossing?
A
Dat bomen dood gaan
B
Dat bomen gekapt worden
C
Dat bomen niet goed kunnen groeien
D
Dat bomen te veel water krijgen

Slide 4 - Quiz

Ontbossing, waarom?
Bevolkingsspreiding

Slide 5 - Diapositive

Ontbossing, waarom?
Winning natuurlijk hulpbronnen

Bijvoorbeeld
Hout, goud, uranium, rubber

Slide 6 - Diapositive

Ontbossing, waarom?
Aanleg grootschalige 
landbouw bedrijven

Slide 7 - Diapositive

B38 Breedteligging en temperatuur

Slide 8 - Diapositive

B50 Stijgingsregen

Slide 9 - Diapositive

Woestijn

Slide 10 - Carte mentale

Waar op aarde liggen de droge gebieden?
Droge gebieden liggen ongeveer op 23,5 graden noorder- en zuiderbreedte

Slide 11 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een steppe en een woestijn?

Slide 12 - Question ouverte

B97 Savanne

Slide 13 - Diapositive

B98 Steppe

Slide 14 - Diapositive

B99 Woestijn

Slide 15 - Diapositive

Wat weet je over Groenland?

Slide 16 - Carte mentale

Groenland
  • 60.000 inwoners
  • Grootste eiland
  • 85% bedekt met sneeuw en ijs
  • Inuit (eskimo's)

Slide 17 - Diapositive

Toendra: Winter
Toendra: Zomer

Slide 18 - Diapositive

Reliëf = hoogteverschil
4 vormen van relië van hoog naar laag:

1- hooggebergte > 1500m
2- middelgebergte 500-1500m
3- heuvelland 200-500m
4- laagland < 200m

Slide 19 - Diapositive

Welke hoogtegordel zie je op de voorgrond?
A
Loofboomgordel
B
Rotsgordel
C
Naaldboomgordel
D
Alpenweide

Slide 20 - Quiz

Het toerisme in het Lötschental kent een dubbelseizoen. Welk schaalniveau past het beste bij deze uitspraak?
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Nationaal
D
Internationaal

Slide 21 - Quiz