1.2 en 1.3 Brazilië

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Welkom!

Vandaag: 1.2 en 1.3

Dit heb je nodig:

- Boek Brazilië

- Schrift & een pen

1.2 Landschappen en Delfstoffen

- Reliëf in Brazilië

- Platentektoniek

- Het ontstaan van erts en olie

Reliëf in Brazilië

- Groot deel is vlak

- Noorden: Hoogland van Guyana

(Tafelbergen tot 2900 meter)

- Zuiden: Hoogland van Brazilië

(ongeveer 1100 meter)

- Amazonebekkens: vlak

- Pantanalvlakte

Reliëf verklaard

Landschappen komen tot stand door:
 - platentektoniek (endogene processen)
- verwering, erosie en sedimentatie (exogene processen)

Oude plateaus

Hooglanden Brazilië zijn schilden. 

- Ooit kleine continenten die naar elkaar bewogen en Gondwana vormden.

Plateaus

Zuid-Amerikaanse plaat beweegt → vorming gebergten en plateaus door opheffing oude schilden

Rivieren stromend naar Amazone of Paraguay/Paraná zorgen vooral  voor erosie (exogeen proces)

Hulpbronnen

Geologische processen zorgen voor hulpbronnen

delfstoffen:
- ertsen, zoals ijzererts (hooglanden), tin, koper, zilver, bauxiet (Amazonegebied)
- aardolie (voor kust)

Aardolie

Aardolie pas eind vorige eeuw ontdekt in bekken van Santos: 4,8 km onder zeespiegel afgesloten door zoutlaag

Olievorming

fase 1
bij losbreken van Afrika en Zuid-Amerika ontstond brede slenk (tekening A en B) → meren in slenk gevuld met sedimenten: dikke lagen organisch materiaal afgewisseld met lagen zand en klei

Olievorming

fase 2

slenk werd steeds breder en liep af en toe vol met zeewater → zeewater verdampt  → ondoorlaatbare zoutlagen

daarna liep de slenk definitief onder --> Vorming Atlantische Oceaan

Olievorming

fase 3
door hoge druk (van sedimenten en oceaanwater) veranderden dikke lagen organisch materiaal in: olie en gas → verzamelden zich onder zoutlagen

Aan de slag

Maak in je werkboek blz. 22:

Opdracht 1a, 1d, 1e, 3a, 3c, 3d, 4a, 4c, 5, 6, 7

Hulp?: Antwoorden in Teams / Docent

Klaar?: Lees alvast 1.3 en markeer de belangrijke stukken

1.3 Klimaten in Brazilië

Bij de verschillen tussen de klimaten zijn de volgende temperatuurfactoren belangrijk:

- Breedteligging
- Wind- en zeestromen
-  Ligging t.o.v. de zee

- Hoogteligging

Tropische Klimaten

Kenmerken Tropisch Klimaat

Af & Aw: Gemiddeld warmer dan 18 graden

Af: Hele jaar neerslag

Aw: Droge winter

ITCZ

Zon staat loodrecht op de tropen

Gevolgen:

- land warmt op → vocht verdampt → lucht stijgt op en koelt af → waterdamp condenseert → stijgingsregens ontstaan
- aan aardoppervlak ontstaat lagedrukgebied: intertropische convergentiezone of ITCZ

December (ZOMER)

zon loodrecht boven zuidelijke keerkring:

- ITCZ en stijgingsregens het verst naar zuiden
- boven oceaan en langs oostkust ITCZ minder naar zuiden, omdat zee minder sterk opwarmt

Juli (WINTER)

zon staat nu loodrecht boven noordelijke keerkring:
- ITCZ en stijgingsregens ook stuk noordelijker dan in december
- gebieden die te maken hebben met ITCZ:
tropisch regenwoudklimaat
savanneklimaat (afwisseling natte zomer en droge winter)

Aan de slag

Maak in je werkboek blz. 28:

Opdracht 2, 3, 4, 5, 8

Hulp?: Antwoorden in Teams / Docent

Klaar?: Lees alvast 1.3 en markeer de belangrijke stukken