12.1 dieren bewegen

12.1 

Dieren bewegen



1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 11 vidéos.

Éléments de cette leçon

12.1 

Dieren bewegen



Slide 1 - Diapositive

Vooraf



  1. cijfers 10.1 t/m 10.3 in magister
  2. Docent: aftekenen werkschema 10.1 t/m 10.5
  3. Uitleg paragraaf 12.1 (blz. 145)
  4. Maken werkkaart 12.1
  5. Maken samenvatting 12.1 (in je schrift)
  6. lezen en maken 12.1
  7. Afstuiting


Slide 2 - Diapositive

nakijken / verbeteren

nakijkboekje H.10



    10.1: blz. 1 t/m 4
    10.2: blz. 5 + 6
    10.3: blz. 7 + 8
    10.4: blz. 9 t/m 11
    10.5: blz. 11 t/m 13 (en test jezelf)

Slide 3 - Diapositive

Gewervelde dieren
Gewervelde dieren: 
  1. Skelet
  2. Wevelkolom (wervels)

Skeletten van gewervelde dieren hebben hetzelfde bouwplan: 
 1. schedel                                              
 2. wervelkolom                           
 3. ribben


ze hebben ook vaak: 1.

    2.

Slide 4 - Diapositive

Gewervelde dieren
Gewervelde dieren: 
ze hebben ook vaak:

  1.   ledematen 
  2.   bekken



      Slide 5 - Diapositive

      Indeling gewervelde dieren:

      1. vissen
      2. vogels
      3. amfibieën
      4. reptielen
      5. zoogdieren






      Slide 6 - Diapositive

      Verdeling zoogdieren op het land 
      Topgangers: 
        1. ze lopen op de toppen van hun tenen
        2. kan hard lopen 
        Teengangers:
        1. lopen op hun tenen
        2. alleen de teenkootjes komen op de grond 
        3. kan hardlopen
        Zoolgangers:
        1. lopen met hun hele voet op de grond
        2. ze kunnen zich goed afzetten
        3. kan niet hard lopen






















        voorbeelden
        mens  beer     kat     paard
           gorilla          hond   bizon
        (zg        zg       tng     tpg)

        Slide 7 - Diapositive

        Slide 8 - Diapositive

        Slide 9 - Vidéo

        Slide 10 - Vidéo

        Slide 11 - Vidéo

        Hoe snel liep usain bolt
        A
        40 km.p.u.
        B
        45 km.p.u.
        C
        50 km.p.u.
        D
        55 km.p.u.

        Slide 12 - Quiz

        Welk organisme is het traagst ?
        A
        een haas
        B
        Usain Bolt
        C
        jachtluipaard
        D
        struisvogel

        Slide 13 - Quiz

        Wat is een amfibie ?

        Slide 14 - Carte mentale

        Geef voorbeelden van zoogdieren

        Slide 15 - Carte mentale

        Wat is de overeenkomst tussen vissen,amfibieen,zoogdieren,vogels en reptielen ?

        Slide 16 - Carte mentale

        Wat ga je leren (les 1)
        • Waardoor onstaat een beweging
        • Tegenwerkende krachten
        • Snelheid: wat is dat?
        • Rekenen met tijd

        Slide 17 - Diapositive

        Wat ga je leren 
        • van minuten naar uren  omrekenen
        • Rekenen met afstandsmaten
        • gemiddelde snelheid berekenen
        • Snelheid meten
        • Waarom is er een maximumsnelheid?

        Slide 18 - Diapositive

        Programma
        • Presentatie voorbereiden
        • Logboek invullen
        • evalutie-formulier invullen

        Cijfer: werkhouding / inzet

        Slide 19 - Diapositive

        Slide 20 - Vidéo

        Slide 21 - Vidéo

        Slide 22 - Diapositive

        eenheden van snelheid
        kilometer per uur (km/u)
        meter per seconde (m/s)

        km/u = m/s x 3,6
        m/s = km/u : 3,6


        Slide 23 - Diapositive

        Slide 24 - Vidéo

        Slide 25 - Vidéo

        Slide 26 - Vidéo

        Topganger
        • Sommige dieren lopen op de toppen van de tenen
        • Bijvoorbeeld Paarden
        • Hoeven om de tenen
        • Daarom ook wel hoefgangers

        Slide 27 - Diapositive

        teenganger
        hoefgangers/topgangers

        Slide 28 - Diapositive

        Waar hoort een hert bij?
        A
        zoolgangers
        B
        teengangers
        C
        hoefgangers/topgangers

        Slide 29 - Quiz

        Zoolgangers
        • De mens is een zoolganger
        • Ze lopen op de hele voet

        Slide 30 - Diapositive

        Zoolganger, topganger, teenganger

        Slide 31 - Diapositive

        2.5 skelet en leefwijze


        Bouwplan.

        soorten skeletten lijken op elkaar.

        Verschillen: Leefwijze

        Slide 32 - Diapositive

        Slide 33 - Vidéo

        Slide 34 - Vidéo

        Slide 35 - Vidéo

        Opdracht les 12.1
        Lees bladzijde 146, 147 en 148
        maak de opdrachten 2 t/m 13

        Slide 36 - Diapositive

        extra oefening
        bladzijde 84 maken van je werkboek
        Hoe vogels vliegen.

        Slide 37 - Diapositive

        Meet de snelheid van een aantal voertuigen

        Slide 38 - Diapositive

        Buitenopdracht (hiervoor heb je 30 minuten)
        Zoek een geschikte plaats waar je de meting veilig kunt doen.
        Maak vooraf duidelijke groepsafspraken.
        Veiligheid staat voorop.

        Slide 39 - Diapositive