KNM Les 4 (hoofdstuk 7 & 8)

KNM Les 4 (hoofdstuk 7 & 8)
Thema's:

Werken in Nederland
Samenleven in Nederland
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
KNMHBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

KNM Les 4 (hoofdstuk 7 & 8)
Thema's:

Werken in Nederland
Samenleven in Nederland

Slide 1 - Diapositive

- zwart werken;
- flexwerker;
- waar is horeca een afkorting van?;
- verzorgingshuis vs. verpleeghuis;
- bijscholing en nascholing’
- re-integratie;
- bijstandsuitkering;
- ww-uitkering;
- arbeidsongeschiktheids-
uitkering:
- open vs. gesloten sollicitatie;


- waar is KvK een afkorting van?;
- pensioen vs aow;
- belastingen vs premies;
- OR vs MR;
- eerwraak;
- vergunning;
- blijfvanmijnlijfhuis;
- euthanasie;
- abortus

geef een omschrijving van deze begrippen

Slide 2 - Diapositive

Huiswerk

Maak: Alle opdrachten in de twee hoofdstukken (H7: oef. 1 t/m 18; H8: oef. 1 t/m 9) + ‘Weet je nu?’ blz. 168-169 en 185-186


Alle opdrachten gemaakt en begrepen?

Slide 3 - Diapositive

Werken in Nederland

Op zoek naar een nieuwe baan.

Uit welke stappen bestaat het zoeken naar een baan en de hele sollicitatieprocedure?

Slide 4 - Diapositive

Op zoek naar werk in 6 stappen:

1) zoeken op vacaturesites, navragen bij vrienden, langsgaan bij arbeidsbureau, uitzendbureau, zoeken in advertenties in kranten of supermarkt;

 
2) Het bedrijf bellen met evt. aanvullende vragen (en zo tegelijkertijd je naam laten vallen);


3) Het schrijven van een sollicitatiebrief + cv/invullen van sollicitatieformulier + korte motivatie online/filmpje over jezelf opnemen;

4) Op sollicitatiegesprek (fysiek of online);

5) Evt. op tweede gesprek;

6) Duimen voor een goede uitslag.

Slide 5 - Diapositive

Bekijk het filmpje
Welke 3 tips worden gegeven voor het maken van een goede indruk?

Welke onderwerpen komen aan bod tijdens het gesprek?

Hoe kan je je goed voorbereiden?


Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Goede eerste indruk: oogcontact 
glimlachen 
stevige handdruk

Welke onderwerpen?:
Levensloop
motivatie
competenties

Hoe kan je je goed voorbereiden?

meest gestelde vragen oefenen

oefenen met een gesprekspartner

Slide 8 - Diapositive

kwaliteiten
Betrouwbaar   creatief    flexibel    doorzetter     handig    initiatiefnemer     zelfstandig     zorgzaam    geduldig    probleemoplossend

Slide 9 - Diapositive

kwaliteiten van je klasgenoot

Slide 10 - Carte mentale

Quiz
Werken in Nederland

Slide 11 - Diapositive

Galo zoekt werk. Hij heeft diploma's gehaald in zijn eigen land, Bolivia. Die diploma's zijn in het Spaans. Wat kan hij het beste doen?
A
Bij de meeste bedrijven is er wel iemand die Spaans spreekt. Hij kan gewoon zijn diploma laten zien
B
Hij kan zijn diploma's beter thuislaten. Hij kan ze in Nederland niet gebruiken.
C
Hij laat zijn diploma's waarderen in Nederland.

Slide 12 - Quiz

Galo heeft niet veel ervaring met werken in Nederland. Dat is een probleem bij het vinden van een baan. Wat kan hij het beste doen?
A
Gewoon blijven solliciteren. Het lukt vast wel een keer
B
Hij kan vrijwilligerswerk gaan zoeken om ervaring te krijgen
C
Hij stopt met solliciteren, Hij vraagt een uitkering aan

Slide 13 - Quiz

Een vaste baan vinden is erg moeilijk. Galo zoekt ook tijdelijk werk. Waar kan hij naartoe gaan om tijdelijk werk te vinden?
A
Naar uitzendbureaus
B
naar het UWV
C
Naar de Kamer van Koophandel

Slide 14 - Quiz

Galo heeft morgen een sollicitatiegesprek. Hij was van plan om met de bus te gaan, maar hij hoort dat er morgen geen bussen rijden. Wat kan hij het beste doen?
A
Hij belt naar het bedrijf en probeert een andere datum af te spreken.
B
Hij gaat lopen, ze zullen het bij dat bedrijf wel begrijpen als hij wat later is.
C
Hij gaat op een andere manier, bijvoorbeeld met de fiets, en hij komt op tijd.
D
Hij belt het bedrijf en legt uit waarom hij later komt.

Slide 15 - Quiz

Galo heeft een sollicitatiegesprek. Mag hij zelf vragen stellen?
A
Het is beter dat hij alleen luistert en geen vragen stelt.
B
Ja, meteen als ze zitten, begint Galo zijn vragen te stellen.
C
De werkgever geeft eerst informatie en stelt vragen. Daarna kan Galo zijn vragen stellen.

Slide 16 - Quiz

Galo heeft een advertentie van internet gehaald. Misschien wil hij solliciteren. Eerst wil hij antwoord hebben op een paar vragen. Wat kan hij het beste doen?
A
Hij stelt de vragen in het sollicitatiegesprek
B
Hij belt het bedrijf en stelt de vragen of hij zoekt informatie op internet
C
Hij stelt de vragen in zijn sollicitatiebrief

Slide 17 - Quiz

In de advertentie staat waar Galo een brief en zijn cv naartoe moet sturen. Wat is een cv?
A
De advertentie van internet
B
Een kopie van zijn diploma's
C
Een lijst met zijn naam, adres, diploma's, werkervaring enz.

Slide 18 - Quiz

Mirjam heeft een baan als verpleegkundige in een ziekenhuis. Ze krijgt in de maand mei ook vakantiegeld. Waar kan ze vinden hoeveel dat vakantiegeld bruto en netto is?
A
Op haar loonstrook
B
In haar arbeidscontract
C
In de cao

Slide 19 - Quiz

Mirjam moet soms ook 's nachts werken. Dan heeft ze de volgende dag vrij. Maar als het druk is, moet ze de volgende ochtend soms langer doorwerken. Ze wil dat niet. Waar kan ze informatie krijgen over wat ze moet doen?
A
Bij het werkplein
B
Bij het UWV
C
Bij de vakbond

Slide 20 - Quiz

Mirjam krijgt een functioneringsgesprek. Waar gaat dat gesprek over?
A
Een functioneringsgesprek is een werkoverleg, een soort vergadering
B
In een functioneringsgesprek bespreek je met je baas hoe jij het werkt doet. Wat gaat goed en wat kan beter?
C
Een functioneringsgesprek is een ander woord voor sollicitatiegesprek

Slide 21 - Quiz

Samenleven in Nederland
Artikel 1 grondwet

Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.

Slide 22 - Diapositive

Samenleven in Nederland
Bekijk het filmpje
Wat is het verschil tussen een huwelijk & geregistreerd partnerschap en de samenlevingscontract?

Wat is een fiscale partner?

Waar zou jouw voorkeur naar uitgaan?


Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Mag dit in Nederland volgens de wet? Mag het in jouw land van herkomst? Wat denk jij hierover?
1- Eerwraak
2- Verkrachting binnen het huwelijk
3- Besnijdenis van jongens
4- Besnijdenis van meisjes
5- Een neef en nicht willen met elkaar trouwen
6- Iemand heeft wapens in huis zonder vergunning
7- Euthanasie bij iemand die niet meer beter kan worden

Slide 27 - Diapositive

Bekijk het filmpje
Voorbeeldvragen voor het inburgeringsexamen, onderdeel: Samenleven in Nederland

Slide 28 - Diapositive

Quiz
Samenleven in Nederland

Slide 29 - Diapositive

Galo is gescheiden van een vrouw in Bolivia. Daar heeft hij ook nog een kind. Kan hij dat tegen mensen in Nederland vertellen?
A
Nee, dat kan hij beter niet zeggen.
B
Ja, dat kan hij zeggen, de meeste Nederlanders accepteren dat.
C
Dat kan wel, maar in Nederland gaat bijna niemand scheiden.

Slide 30 - Quiz

Naast Galo en Mirjam wonen twee mannen samen. Wat doet Mirjam als ze die mannen hand in hand ziet lopen, denk je?
A
Ze zegt gewoon ' Hallo'. De meeste Nederlanders accepteren dat.
B
Ze kijkt de andere kant op. De meeste Nederlanders willen geen contact met homo's.
C
Ze belt de politie. Homo's mogen geen lichamelijk contact in het openbaar.

Slide 31 - Quiz

Het is een warme dag in de zomer. Galo en Mirjam gaan fietsen. Kan Mirjam gaan fietsen met blote armen en benen?
A
Ja, in de zomer zie je dat vaak in Nederland
B
Nee, dan heeft ze geen respect voor buitenlanders en oude mensen
C
Alleen als Galo het goed vindt.

Slide 32 - Quiz

Galo heeft een sollicitatiegesprek. Hij krijgt de baan niet. Ze zeggen: "Sorry, maar we zoeken een Nederlander". Wat kan Galo doen?
A
Niets. Dat mogen ze zeggen.
B
Hij het beste Nederlander worden.
C
Hij kan op internet opzoeken wat hij met een klacht kan doen.

Slide 33 - Quiz

Denk je dat Mirjam bleef werken toen ze een kind kreeg?
A
Nee, de meeste Nederlandse vrouwen stoppen met werken als ze kinderen krijgen.
B
Nee, want ze is getrouwd met een buitenlandse man.
C
Ja, de meeste Nederlandse vrouwen blijven werken als ze een kind krijgen.

Slide 34 - Quiz

Mogen Galo en Mirjam hun dochter slaan als ze echt niet wil luisteren?
A
Ja, tot ze twaalf jaar is
B
Alleen als er een gevaarlijke situatie is
C
Nee, ze mogen Amisha nooit slaan.

Slide 35 - Quiz

Misschien krijgen Galo en Mirjam later nog een zoon. Mogen ze hun kinderen laten besnijden?
A
Een jongen mag je wel besnijden, een meisje niet
B
Een meisje en jongen mag je allebei laten besnijden.
C
Een meisje en jongen mag je allebei niet laten besnijden

Slide 36 - Quiz

De zus van Mirjam is zwanger van een kind dat nooit gezond zal zijn en dat niet kan leren lopen, praten enzovoorts. Mag ze het kind laten weghalen?
A
Ja, abortus mag tot Mirjams zus 24 weken zwanger is
B
Ja, abortus mag tot Mirjams zus 12 weken zwanger is
C
Abortus mag alleen als hun huisarts het goed vindt.

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Vidéo

Oefentoets
Je krijgt een oefentoets van hoofdstuk 7 & 8

Slide 39 - Diapositive