1F thema 3 schrijven 5B

Thema 3: Planten & dieren
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Thema 3: Planten & dieren

Slide 1 - Diapositive

Thema 3: Planten & dieren
Schrijven

Slide 2 - Diapositive

Doel van de les:

  • Je weet wat formele taal is.
  • Je weet wat informele taal is.

Slide 3 - Diapositive

HOOFDONDERWERP
  1. Belangrijkste onderwerp in een tekst.
  2. Een of enkele woorden.
  3. De titel geeft vaak het hoofdonderwerp aan.
  4. In de inleiding vaak meer informatie.

Slide 4 - Diapositive

DEELONDERWERP
  1. Elke alinea heeft een eigen deelonderwerp.
  2. Deelonderwerp heeft met hoofdonderwerp te maken.
  3. Tussenkop van een alinea geeft vaak informatie.

Slide 5 - Diapositive

HOOFDGEDACHTE
  1. De belangrijkste boodschap van de schrijver.
  2. Hoofdgedachte = samenvatting in een zin.

Slide 6 - Diapositive







Bijvoorbeeld:
- brief naar de gemeente
- email naar de huisarts

Slide 7 - Diapositive







Bijvoorbeeld:
- Email naar een vriend
- Uitnodiging aan je tante

Slide 8 - Diapositive

FORMEEL
INFORMEEL
Check ff
Met vriendelijke groet
Er was net een fittie
Beste meneer/
mevrouw,
Indien
BFF
WTF
Lang deze weg

Slide 9 - Question de remorquage

Slide 10 - Vidéo

Yo baas, ik ben ziek en ik zie wel wanneer ik weer langs kom.
A
Formeel taalgebruik
B
informeel taalgebruik

Slide 11 - Quiz

informele taal gebruik je......
A
Wanneer je mensen goed kent
B
Als je diegene aan wie je schrijft niet goed kent

Slide 12 - Quiz

Kunt u mij informatie opsturen over het werk van de dierenambulance?
A
Informeel taalgebruik
B
Formeel taalgebruik

Slide 13 - Quiz

Hoe vaak moet ik het nog zeggen: mondkapje op !!!
A
Informeel taalgebruik
B
Formeel taalgebruik

Slide 14 - Quiz

Wij verzoeken u het afval in de speciale bakken te gooien.
A
Informeel taalgebruik
B
Formeel taalgebruik

Slide 15 - Quiz

Wat gaan we doen?
MAKEN:

Thema 3, schrijven                 blz 238 t/m 252
                                                         opdracht 2,3,4

Klaar? Laten nakijken

Slide 16 - Diapositive

Doelen gehaald?

  • Je weet wat formele taal is.
  • Je weet wat informele taal is.

Slide 17 - Diapositive

Volgende week?
MAKEN:

Thema 3, schrijven                 blz 243
                                                         opdracht 5,6,7

Brief schrijven met conventies voor een cijfer!

Slide 18 - Diapositive