Aller

Bonjour
  1. Vandaag leren we een nieuw werkwoord...
  2. Welke kennen jullie al?

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Bonjour
  1. Vandaag leren we een nieuw werkwoord...
  2. Welke kennen jullie al?

Slide 1 - Diapositive

Franse werkwoorden

Slide 2 - Carte mentale

Être (zijn)
Avoir (hebben)
Regelmatige ww -ER (zoals parler, regarder, écouter, aimer)

Het nieuwe werkwoord is aller, dan kan je vertellen waar je naartoe gaat.

Slide 3 - Diapositive

Le verbe ALLER
Je vais                        Ik ga
Tu vas                        Jij gaat
Il/elle/on va             Hij/zij/men gaat 
Nous allons             Wij gaan
Vous allez                 Jullie gaan
Ils/elles vont            Zij gaan
timer
7:00

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

ergens naartoe gaan...
aller à = gaan naar

Achter het vorige rijtje zet je dus gewoon à.

Je vais à            Ik ga naar
Il va à                  Hij gaat naar
Vous allez à     Jullie gaan naar

Slide 6 - Diapositive

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Ils ...... en ville.
A
vont
B
vas
C
va
D
vais

Slide 7 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Nous ..... manger.
A
vont
B
va
C
allons
D
allez

Slide 8 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Tu ..... au cinéma?
A
vont
B
vas
C
vais
D
va

Slide 9 - Quiz

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Elle ..... à la maison.

Slide 10 - Question ouverte

Vul de juiste vorm van 'aller' in.
Je ..... faire du tennis.

Slide 11 - Question ouverte

Le verbe aller est....
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Sondage

Faire
Page 18 jusqu'à 20
Fini? apprendre 1


timer
10:00

Slide 13 - Diapositive