Week 25, les 1, 4m

• Duits
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 4

Planung

Rückblick / Hausaufgaben

Wörterbuch benutzen

C: Persönliche E-Mail 

Montag 5. Februar 2024

Herzlich Willkommen!

Planung

Herkansen KLT?

SE Schreiben - 4. März          

SE Idioom - 14. März

SE Sprechen - SE Woche Ende März

Hausaufgaben:

Aufgabe 12 bis zum 15 machen, im Buch

Ab Seite 179

Herkansing KLT

Aufgabe 12

1. Herr und Frau Biedermann
   
2. Ich habe mein Handy vergessen.
   
3. Haben Sie spezielle Wünsche?
   
4. Ich esse kein Schweinefleisch und keinen Fisch.
   
5. Ich war im Hotelzimmer 224.
   
6. Wir bleiben vom 3. bis zum 7. August.
   
7. Sie kommt am Sonntag.
   
8. Wir bleiben drei Stunden.
   
9. Er kommt um Viertel nach sieben.
   

Aufgabe 13

1. Herr und Frau Biedermann
   
2. Ich habe mein Handy vergessen.
   
3. Haben Sie spezielle Wünsche?
   
4. Ich esse kein Schweinefleisch und keinen Fisch.
   
5. Ich war im Hotelzimmer 224.
   
6. Wir bleiben vom 3. bis zum 7. August.
   
7. Sie kommt am Sonntag.
   
8. Wir bleiben drei Stunden.
   
9. Er kommt um Viertel nach sieben.
   

Aufgabe 15

Eigen antwoord, bijvoorbeeld:

1 am Montag, Dienstag und Donnerstag

2 am Montag um 18.00 Uhr, am Dienstag und Donnerstag um 19:00 Uhr.

3 Ich esse alles.

4 um 22.30 Uhr

5 Heute gibt es ein Programm in der Schule und am Nachmittag gehen wir ins Museum.

Morgen fahren wir nach Hamburg.

Liebe Grüße

Annemiek

FRAGEN ?

Ook met je eindexamen is een woordenboek toegestaan

Hoe je daar het handigst gebruik van kunt maken ga je nu uitproberen.

Selbständig arbeiten

Maak de opdrachten op het werkblad

Gebruik alleen het papieren woordenboek!

Fertig:

Slim Stampen, onderdeel naar keuze van Abschlusstraining Schreiben

Niet eten, slokje drinken mag.

Niet door de klas heenlopen.

C: Persönliche E-Mail schreiben

Lernziel:

Je kunt een persoonlijke email schrijven

Je kunt een woordenboek gebruiken

F: Bericht schreiben

Lernziel:

- Je kunt in een verslag schrijven over iets wat gebeurt is.

-Je kunt tijdsbepalingen gebruiken.

- Je kunt de persoonsvorm op de juiste plek in de zin schrijven.

- Je kunt werkwoorden in de verleden tijd gebruiken. 

Selbständig arbeiten

Machen:

Aufgabe 18 bis zum 22 im Buch, ab Seite 185

und

Aufgabe 39 bis zum 43 im Buch, ab Seite 204

Fertig? Slim Stampen Abschlusstraining

Hausaufgaben

Machen: 

Aufgabe 18 bis zum 22 im Buch, ab Seite 185

und

Aufgabe 39 bis zum 43 im Buch, ab Seite 204

Lernen:

Examenidioom (zie jaarbijlage in SOM)

Wer ist es?

Je krijgt 5 minuten tijd om een aantal zinnen te bedenken waarmee je een persoon in de klas kunt beschrijven.

Denk aan haarkleur, jongen/meisje, woonplaats, kleding, hobby, leeftijd, enzovoort.

De zinnen zijn in het Duits!!!!!!

Wer ist es?

De klas wordt in 2 of 3 groepen verdeeld.

We spelen 4 rondes.

1 speler uit het team beschrijft een klasgenoot aan zijn team.

Juist geraden = 1 punt

Fout geraden, mag een ander team het proberen.