commentaires sur l'examen de décembre

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
FransSecundair onderwijs

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

acquérir la connaissance...
Comment pourrais-tu traduire ce verbe?

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Diapositive

Een kamer voorzien op hotel, het juiste werkwoord daarvoor is?

Slide 4 - Question ouverte

Zijn gebruiken en verbruiken synoniemen?

Slide 5 - Question ouverte

Zijn "une période" en une durée" synoniemen?
synoniemen?

Slide 6 - Question ouverte

Je moedertaal BEHEERSEN, zuiver spreken,

tussentaal vermijden!

Slide 7 - Diapositive

Rekening houden met taaleigen kenmerken,
- leeftijd (il a x ans)
- periode
   (van die datum tot die datum: du premier, deux au cinq février)
- bien que (en français) = hoewel ( in het Ned)

Slide 8 - Diapositive

Wat de inhoud betreft:
- Bindteksten moet je lezen zodat je doet wat gevraagd is: Carl is een nieuwe vriend, jullie gaan naar Parijs, en daarna vertel je over de reis (dus in de verleden tijd)
- Een degelijke inhoud gaat (natuurlijk) samen met de juiste woordenschat op niveau van een 5e jaar (beau, grand mogen aangevuld worden met geziene woordenschat : une bonne odeur, un coffre-fort, etc.)

Slide 9 - Diapositive

Punten rapen of weggooien?
Net werken en doorhalingen vermijden brengt op!

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

A qui est adressée la lettre?
A
au chèr papa Noël
B
au chère papa Noël
C
au cher papa Noël

Slide 12 - Quiz

La suite de la lettre est en bon français
A
J'ai allumé un bon feu pour que t'aies bien chaud.
B
Je vais allumer un bon feu pour que t'aies bien chaud.
C
J'ai allumé un bon feu pour que t'as bien chaud.
D
Je vais allumer un bon feu pour que t'ailles bien chaud.

Slide 13 - Quiz