KHV1E NN6 intro methode en start WS h1

Welkom KTL1A
Telefon in de telefooontas
Ga rustich sitten

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom KTL1A
Telefon in de telefooontas
Ga rustich sitten

Slide 1 - Diapositive

Plaanning en lezdoele
Plannning:
  • Wat is Nederlands?
  • Hoe werkt het boek?
  • Start met het eerste hfstuk
  • Afsluiten
Lesdoele:
  • Weten wat het fak nederlands inhoudt
  • Leren met de methode werken
  • Introductie eerste hoofdstuk

Slide 2 - Diapositive

Wat is Nederlands?
Basisschool
- Spelling
- Taal
- Wat nog meer?



Woordweb op het bord

Slide 3 - Diapositive

Wat is Nederlands?
Middelbare school
- Lezen
- Schrijven
- Kijken en luisteren
- Spreken
- Woordenschat
- Taalverzorging grammatica en spelling



Woordweb op het bord

Slide 4 - Diapositive

Hoe werkt het boek?
- Lezen
- Schrijven
- Kijken en luisteren
- Spreken
- Woordenschat
- Taalverzorging grammatica en spelling
Pak je boek erbij

Slide 5 - Diapositive

Hoe zien de lessen eruit?
We starten met een kwartier lezen
We werken elke week een onderdeel uit

Slide 6 - Diapositive

De online methode
Pak je laptop erbij (2 min)

Via Magister 



Wat kun je in het boek?
- (Extra) uitleg
- (Extra) opdrachten

Slide 7 - Diapositive

Woordenschat H1
Pak je boek erbij op 
pagina 25

Pak ook je schrift en een pen

Slide 8 - Diapositive

Een synoniem zoeken
Een tekst bevat vaak onbekende woorden.
Hoe kom je achter de betekenis? Dat doe je met woordraadstrategieën .

Wat is een synoniem?

Slide 9 - Diapositive

Een synoniem zoeken
Een tekst bevat vaak onbekende woorden.
Hoe kom je achter de betekenis? Dat doe je met woordraadstrategieën .

Wat is een synoniem?
Een synoniem is een ander woord met ongeveer dezelfde betekenis:
Rennen - hollen
Lawaai - herrie

Bedenk eens een synoniem: 30 seconden.

Slide 10 - Diapositive

Een synoniem zoeken
Hoe vind je dan een synoniem?
1. Kijk of in dezelfde zin een synoniem staat.
2. Staat het niet in dezelfde zin? Lees dan de vorige of volgende zin. 

Opdracht:
  1. Maak opdracht 1 in je schrift 
  2. 5 minuten in stilte
  3. Klaar? Maak een begin met opdracht 2.
  4. We gaan het bespreken
timer
5:00

Slide 11 - Diapositive

Afronding
Waarom is Nederlands belangrijk?

Wat is een woordraadstrategie?

Wat is een synoniem?

Hoe vind je een synoniem?
Huiswerk:

Woensdag 1 september:
H1 - woordenschat - opdracht 1,2 en 3

Slide 12 - Diapositive