Meewerkend voorwerp
1 / 11
La durée de la leçon est: 40 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 3 - Question ouverte
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 4 - Question ouverte
Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan 'geen'
Rojda heeft het mij toch verteld.
Rojda heeft het mij toch verteld.
Slide 5 - Question ouverte
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 6 - Question ouverte
Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan 'geen'
Heb je voor mij ook een blikje meegebracht?
Heb je voor mij ook een blikje meegebracht?
Slide 7 - Question ouverte
Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan 'geen'
Hem geef ik niets.
Hem geef ik niets.
Slide 8 - Question ouverte
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 9 - Question ouverte
Wat is het meewerkend voorwerp?
Slide 10 - Question ouverte
Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan 'geen'
Zij heeft het mij toch verteld.
Zij heeft het mij toch verteld.
