bouwsteen 4, schrijven

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

lezen en schrijven

• Vorige week we begonnen met signaalwoorden, waar we nu mee verder gaan;
• In de beroepspraktijk ga je allerlei teksten schrijven, zoals e-mails, instructies en verslagen. Dat doen we in het tweede deel van de les.
• begin maken met spreken/gesprekken voeren

Leerdoelen

• je hebt kennis van signaalwoorden en tekstverbanden
• je kunt een nieuwsbericht opstellen
  
• je weet waar je op moet letten bij het schrijven van een instructie
• je kent de opbouw van een betoog 
• interviewvragen (eventueel)

inhoud

Taalblokken bouwsteen 4

-  herhaling signaalwoorden 

- nabespreken huiswerk

- bolletjes 1 - 4 onderdeel schrijven

- spreken/gesprekken voeren, interviewtechnieken

soort tekstverband

• redengevend
• tegenstellend
• oorzaak-gevolg
• chronologisch
• opsommend
• voorwaardelijk
• toelichtend
• doel-middel
• vergelijkend
• concluderend

bijpassend signaalwoord

• omdat, want, daarom
• maar, echter, toch
• hierdoor, daardoor, waardoor
• eerst, daarna, toen, vervolgens
• en, bovendien, ook, verder, voorts
• mits, tenzij, als, indien
• zo, bijvoorbeeld, zoals
• om te, daarvoor, zodat, opdat
• net als, evenals
• dus, zo zie je, al met al, vandaar

Vul het signaalwoord in:
Je kunt die computer wel gebruiken, ..... je er maar geen grote bestanden mee downloadt.

Even herhalen:

Je gebruikt signaalwoorden om teksten beter te kunnen lezen. Welk verband zie je in voorgaande zin?

1. doel-middel
2. tegenstellend
3. opsommend
4. tijd

Als het woord "dus" in een alinea staat, dan gaat het om een ................... verband!

Sleep de signaalwoorden naar de juiste tekstverbanden.

Kleine test

Voorbeeld

Tegenstelling

Oorzaak gevolg

Chronologie

daardoor

maar

neem nou

hoewel

eerst

onder andere

doordat

dat kwam door

vroeger

echter

nabespreken tekst

Taalblokken bouwsteen 4

- nabespreken tekst "het samengestelde gezin" 8-9

indicatie cito-examen

Welk woord hoort er niet bij?

1. constant
2. permanent
3. voortdurend
4. vrijwel

Welk woord hoort er niet bij?

1. in verhouding tot
2. relatief
3. vergeleken met
4. volkomen

Welk woord hoort er niet bij?

1. de notie
2. de voorkeur
3. het besef
4. het idee

Permanent

Reputatie

De hetze

Fenomeen

Het belangrijkste probleem

Blijvend

Hoe er over iemand gedacht wordt

acties die ervoor zorgen dat mensen slecht over iemand denken

Verschijnsel

Opvallend

frappant

de crux

Woordenschatoefening

bouwsteen 4, schrijven

• bolletje 1 individueel (herhaling signaalwoorden)
• daarna bolletje 2: een nieuwsbericht schrijven 

maar:

Hoe doe je dat?     

nieuwsbericht

 De schrijver probeert in een nieuwsbericht altijd deze vragen te beantwoorden:

1. Wat is er gebeurd?
2. Wie heeft ermee te maken?
3. Waar is het gebeurd?
4. Wanneer is het gebeurd?
5. Waarom is het gebeurd?
6. Hoe is het gebeurd?

ter inspiratie: filmpje

wat?

waarom

wie betrokken?

wanneer?

Hoe?

waar?

Heumensoord Nijmegen

demonstratie asielzoekers

betere procedures/ omstandigheden/zakgeld

spandoeken/tralies

vanochtend

gemeente/overheid en asielzoekers

werkwijze nieuwsbericht

• schrijven bouwsteen 4, bolletje 2
• Je gaat in 7 minuten een nieuwbericht schrijven (kies een van onderstaande foto's)
  
• geef het nieuwsbericht een kop, een lead en gebruik signaalwoorden
• Daarna worden enkele nieuwsberichten voorgelezen.

onderdeel 2 instructie: (hoe doe je iets?)

* Duidelijke titel ( het onderwerp) 

* Uitleg in stappen; begin met werkwoord

* Beschrijf eventueel bij een stap het resultaat

* Gebruik nummers of puntjes en daarnaast signaalwoorden 

* Gebruik afbeeldingen

welk verband is belangrijk bij het schrijven van een instructie?

Bij bolletje 3, opdracht 7 van schrijven, bouwsteen 4. Alleen opdracht 7 maken. Schrijf een korte instructie over een sport.

Wat is je doel?

Wat staat er in de inleiding?

Welk(e) verband(en) gebruik ik?

Welke signaalwoorden passen hierbij?

Wat komt er in de kern te staan?

Wat is een passend slot?

Welke afbeelding past bij de uitleg?

(Zie ook voorbeeld bij theorie bolletje 1)

Je controleert op volledigheid door deze checklist

• In de inleiding staat: de sport/activiteit die je hebt gekozen en waarom;
• de lezer weet na afloop hoe deze sport/activiteit beoefend wordt.
  
• In de kern staat:
  
• hoe de sport gaat (verband tijd);
  
• de spelregels (verband opsomming);
  
• het doel van de sport;
  
• duur van de sport.
  
• In je slot staat:
  
• samenvatting van het doel en de regels.
• vervolgens nemen we klassikaal enkele instructies door.

bolletje 4: schrijf een betoog (min. 200 woorden)

huiswerkopdracht en inleveren in Teams

• bolletje 4 uit schrijven bouwsteen 4 casus koeien melken
• alternatieve onderwerpen staan hieronder:

•  Voor elke school in Nederland: mobiel in de kluis of thuis! 
• Supermarkten mogen alleen reclame maken voor gezond voedsel. 
• Groepsopdrachten voor een cijfer moeten worden afgeschaft.
• Studenten moeten zelf hun mentor kunnen kiezen.

inhoud van een betoog

In de inleiding schrijf je waar het om gaat en wat jouw standpunt is.

In de kern geef je 2 of meer argumenten die jouw standpunt ondersteunen.

Ook noem je een of meer mogelijke bezwaren van de tegenstanders (ouders) en die probeer je te weerleggen (de ander ziet het dus verkeerd, of jouw argumenten wegen zwaarder).

In het slot geef je nogmaals aan dat je standpunt klopt met het belangrijkste argument.

inleiding

argumenten

slot

tegenargument

dus

echter

al met al

namelijk

maar

daarom ben ik van mening

want

toch

omdat

kortom

Betoog: welke signaalwoorden gebruik je waar? 

nogmaals: de opdracht (min. 200 woorden)

• bolletje 4 uit schrijven bouwsteen 4 casus koeien melken
• alternatieve onderwerpen staan hieronder:

•  Voor elke school in Nederland: mobiel in de kluis of thuis! 
• Supermarkten mogen alleen reclame maken voor gezond voedsel. 
• Groepsopdrachten voor een cijfer moeten worden afgeschaft.
• Studenten moeten zelf hun mentor kunnen kiezen.

huiswerk schrijven

• afmaken alles van lezen en luisteren
• afmaken van de schrijfproducten indien nodig
• het betoog inleveren in de inleveropdracht op Teams 

we zijn nog niet klaar....

maak uit woordenschat onderdeel bouwsteen 4.

volgende week: groepsopdracht signaalwoorden

verder met onderdeel spreken/gesprekken voeren

nieuw lesonderdeel 

spreken/gesprekken voeren

vragen stellen 

switch van Lesson-up.