Kapitel 3 Havo 4

Viel Spaß beim Lernen 
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Viel Spaß beim Lernen 

Slide 1 - Diapositive

Grammatik 
Toepassen alle naamvallen
Ook de keuzevoorzetsels 
Toepassen in - nach - zu 
Persoonlijke voornaamwoorden 

Slide 2 - Diapositive

Wörter 

Slide 3 - Diapositive

Sein Chef war (enthousiast)
A
nervös
B
begeistert
C
langweilig

Slide 4 - Quiz

Meine Schule hat ein spezielles Programm für diesen (topsporter)
A
Sportler
B
Meisterschaft
C
Spitzensportler
D
Spitzenkandidat

Slide 5 - Quiz

durchschnittlich
A
positief
B
buitengewoon
C
gemiddeld
D
saai

Slide 6 - Quiz

Herangehensweise
A
de (deze) aanpak
B
eraangaan
C
toenadering
D
benadering

Slide 7 - Quiz

Wechselpräpositionen: Als er sprake is van zich bevinden, welke naamval krijg je dan?
A
Dativ
B
Akkusativ

Slide 8 - Quiz

Welche Gruppe enthält nur Wechselpräpositionen
A
an, auf, hinter, in, gegen, zwischen
B
auf, an, unter, über, vor, in
C
hinter, an, auf, neben, gegenüber, vor
D
an, über, unter, in, um, zwischen

Slide 9 - Quiz

Wechselpräpositionen, notiere den richtigen Fall!

Ich bleibe vielleicht in d........... 10. Klasse (v) sitzen.

A
der
B
die
C
das
D
dem

Slide 10 - Quiz

Wechselpräpositionen, notiere den richtigen Fall!

Das Buch liegt auf d....... Tisch (m) .


A
die
B
das
C
dem
D
der

Slide 11 - Quiz

Wechselpräpositionen, notiere den richtigen Fall!

Gestern bin ich in d....... Kino (o) gegangen.


A
die
B
das
C
dem
D
der

Slide 12 - Quiz

Wechselpräpositionen:
als je kunt vragen: wann en wo
A
3e naamval
B
4e naamval

Slide 13 - Quiz

Übersetze die Personalpronomen
(u) Wohnen ...... in Delft, Frau Peute?

Slide 14 - Question ouverte

Übersetze die Personalpronomen
(Hij) ..... besucht seine Tante.

Slide 15 - Question ouverte

Ergänze das Personalpronomen:
Wie hat ... (jou) Ostern gefallen?
A
du
B
dir
C
dich

Slide 16 - Quiz

Ergänze das Personalpronomen:
Die Polizei zeigt ...(mij) den Weg.
A
ich
B
mir
C
mich

Slide 17 - Quiz

Wähle den richtigen Personalpronomen (pers.vnw).
(hij) Das Geschenk ist von ______.
A
er
B
ihm
C
ihn

Slide 18 - Quiz

Klaus Eltern haben (hem) ______________________ gesagt, dass er an sich selbst glauben und nie aufgeben soll.

Slide 19 - Question ouverte

theorie Wechselpräpositionen 
Benut bij het bepalen van de juiste vervoeging van het lidwoord het wisselvoorzetsel in combinatie met de werkwoordsvorm

kijk maar:
zitten in 
gaan naar  

Slide 20 - Diapositive

Vrouwelijke zelfstandige naamwoorden krijgen in de "Genitiv" het lidwoord
A
der
B
die
C
das
D
des

Slide 21 - Quiz

(Ondanks de) ____________________________________ guten Note (v) in Deutsch ist er sitzengeblieben.
A
Während der
B
Trotz der
C
Immerhin den
D
Zwischen der

Slide 22 - Quiz

Ergänze die richtige Genitivendung:
die Tiere d... Tiergarten (m)

Slide 23 - Question ouverte

Vul in: "Die Erziehung jed... Hund... (m) ist sehr wichtig. "

Slide 24 - Question ouverte

Ergänze die richtige Genitivendung:
die Selfies d... Kinder... (mv)

Slide 25 - Question ouverte

theorie 
wanneer 'zu' wanneer 'nach' (beiden betekenen immers ergens naartoe gaan)

'nach' = naar een stad/regio 
'zu' = ergens naartoe gaan / beweging ergens naartoe 

Slide 26 - Diapositive

Jeder Fußballspieler möchte (naar een) _____________________________ Fußballweltmeisterschaft (v) fahren.

Slide 27 - Question ouverte

Wer Filmstar werden will, reist gern _________________ Los Angeles.

Slide 28 - Question ouverte

theorie
''in'' betreft óók een beweging en let op. Dit zet je in wanneer er landen zijn die een lidwoord krijgen in de Duitse taal. Dit zijn:

- die Schweiz
- die Türkei
Let op met vervoegen: ''in'' = een beweging dus 4e naamval vervoegen :) 

Slide 29 - Diapositive

(Voor sommige) _________________________________ Spieler (mv) ist es die Chance, einen Platz 5 (bij een) _______________________________ berühmten Fußballclub (m) zu erobern.
A
vor manche / bei einen
B
für manche / bei einem
C
für machen / bei einer
D
vor manche / bei einem

Slide 30 - Quiz

Fragen? 
Mailen 
Binnenlopen
kein Stress! 

Slide 31 - Diapositive