structuurwoorden

structuurwoorden
conjunctie met een bijzin
adverbia met inversie
adverbia met substantief
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2WOStudiejaar 6

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

structuurwoorden
conjunctie met een bijzin
adverbia met inversie
adverbia met substantief

Slide 1 - Diapositive

structuurwoorden
conjunctie + een bijzin
adverbia + substantief
conjunctie + een bijzin
adverbia + inversie
synoniemen

Slide 2 - Diapositive

... zijn passie voor dansen, gaat hij een dansopleiding volgen.
A
Aangezien
B
Gezien

Slide 3 - Quiz

... het zo warm is, mag iedereen eerder naar huis.
A
Aangezien
B
Gezien

Slide 4 - Quiz

... we veel kansen hebben gekregen, heeft ons team toch verloren.
A
Hoewel
B
Ondanks

Slide 5 - Quiz

... alle problemen is ze toch gelukkig.
A
Gezien
B
Ondanks

Slide 6 - Quiz

Ik heb dorst. ... bestel ik een kopje thee.
A
Daardoor
B
Daarom

Slide 7 - Quiz

We hadden de hele dag geen internet. ... kon ik je niet mailen.
A
Daardoor
B
Daarom

Slide 8 - Quiz

Ze geeft nu les op een basisschool.
... was ze manager bij een groot bedrijf.
A
Daarvoor
B
Voordat

Slide 9 - Quiz

... ik heb gegeten, poets ik altijd mijn tanden.
A
Daarna
B
Nadat

Slide 10 - Quiz

... telefonisch besproken, stuur ik u bijgevoegd de offerte.
A
Als
B
Zoals

Slide 11 - Quiz

We hadden nog maar net de tent opgezet .... het begon te regenen.
A
als
B
of

Slide 12 - Quiz

.... is het zomer, het lijkt wel herfst.
A
Hoewel
B
Ook al

Slide 13 - Quiz

.... doet hij nog zo zijn best om indruk op haar te maken, ze ziet hem niet staan.
A
Al
B
Hoewel

Slide 14 - Quiz

.... hij ouder wordt, maakt hij minder ruzie met zijn broer.
A
Hoe
B
Naarmate

Slide 15 - Quiz

Aangezien ... (vlucht missen), moesten we een andere vlucht boeken.

Ondanks ... (niet leren), is hij toch geslaagd voor zijn examen.
Doordat ... (staken), kan ik vandaag niet met de trein komen.
Vrijdag gaat ze naar een bruiloft. Daarom ... (nieuwe jurk kopen).
Voordat ... (verhuizen), moeten we alle spullen in dozen doen.
Zoals ... (zeggen), heb ik hier geen mening over.
Nu ... (een nieuwe baan hebben), heeft hij geen tijd meer om iets af te spreken.
Sinds ... (meer aan sport doen), voelen we ons een stuk fitter.
Tot ... (de uitslag bekend zijn), zitten we in de zenuwen.

Slide 16 - Diapositive

Aangezien ... (vlucht missen), moesten we een andere vlucht boeken.
Ondanks ... (niet leren), is hij toch geslaagd voor zijn examen.
Doordat ... (staken), kan ik vandaag niet met de trein komen.
Vrijdag gaat ze naar een bruiloft. Daarom ... (nieuwe jurk kopen).
Voordat ... (verhuizen), moeten we alle spullen in dozen doen.
Zoals ... (zeggen), heb ik hier geen mening over.
Nu ... (een nieuwe baan hebben), heeft hij geen tijd meer om iets af te spreken.
Sinds ... (meer aan sport doen), voelen we ons een stuk fitter.
Tot ... (de uitslag bekend zijn), zitten we in de zenuwen.

Slide 17 - Diapositive