Werk in tweetallen. Jullie gaan samen een droomhuis ontwerpen
1 Bespreek hoe jullie droomhuis er uit gaat zien. Maak een woordspin.
2 Maak eerst een schets en teken daarna jullie huis en de verschillende kamers op A3-papier. Gebruik kleurpotloden.
3 Maak een beschrijving van minimaal tien Duitse zinnen over jullie droomhuis. Gebruik de Sprachmittel om correcte zinnen te maken. Zoek moeilijke woorden op in een woordenboek.
4 Verdeel de rollen en presenteer jullie huis aan de klas.