BKH: Hfst 5_opg5_routine_3-3tm6-3

1 / 18
suivant
Slide 1: Vidéo interactive avec 5 diapositives
BoekhoudenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 17 min

Éléments de cette leçon

5

Slide 1 - Vidéo

00:32
Wat voor financieel feit is dit?
A
Inkoop
B
Verkoop
C
Betaling
D
Ontvangst

Slide 2 - Quiz

02:44
Bij een ontvangst boek je
de kas altijd...?
A
B + D
B
S - D
C
S + C
D
B - C

Slide 3 - Quiz

03:00
900 Incidentele winsten en verliezen
is een rekening van...?
A
Bezit
B
Schuld
C
HEV

Slide 4 - Quiz

04:42
HEV...?... D
A
+
B
-

Slide 5 - Quiz

04:55
Waar zet je het woordje
AAN altijd neer...?
A
bij betalingen
B
bij debetbedragen
C
bij bank
D
bij creditbedragen

Slide 6 - Quiz

6

Slide 7 - Vidéo

00:11
Wat voor financieel feit is dit?
A
Inkoop
B
Verkoop
C
Betaling
D
Ontvangst

Slide 8 - Quiz

00:31
Wat was het ezelsbruggetjes om de rekeningen bij een
verkoop op rekening te bepalen?
A
D U I F
B
D O O F
C
D O I F
D
D O I V

Slide 9 - Quiz

00:58
Opbrengst - Inkoopwaarde = ?
A
Nettowinst
B
Brutowinst

Slide 10 - Quiz

01:55
Rubriek 8
is een rekening van...?
A
Bezit
B
Schuld
C
HEV

Slide 11 - Quiz

02:09
Wat is een debiteur ?
A
Iemand waar we nog geld van krijgen
B
Een schuldeiser
C
Iemand aan wie we nog geld moeten betalen
D
Iemand die een lening heeft verstrekt

Slide 12 - Quiz

03:56
Waar zet je het woordje
AAN altijd neer...?
A
bij betalingen
B
bij creditbedragen
C
bij bank
D
bij debetbedragen

Slide 13 - Quiz

4

Slide 14 - Vidéo

00:18
Wat voor financieel feit is dit?
A
Inkoop
B
Verkoop
C
Betaling
D
Ontvangst

Slide 15 - Quiz

01:59
Kosten boek je altijd...?
A
S + C
B
HEV - D
C
S - D
D
HEV + C

Slide 16 - Quiz

02:25
Bij een aflossing/bankbetaling
boek je de rekening (hypothecaire)lening....?
A
HEV + C
B
S + C
C
HEV - D
D
S - D

Slide 17 - Quiz

03:34
Waar zet je het woordje
AAN altijd neer...?
A
bij betalingen aan de bank
B
bij debetbedragen
C
bij betalingen aan de bank en de kas
D
bij creditbedragen

Slide 18 - Quiz