Lessen zakelijk telefoongesprek

Zakelijk telefoongesprek
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Zakelijk telefoongesprek

Slide 1 - Diapositive

Telefoneren

Slide 2 - Carte mentale

Wat wil je leren over telefoneren?

Slide 3 - Question ouverte

Doel
  • Je kan een gesprek voeren
  • Je kan informatie vragen en geven
  • Je neemt beurten in een gesprek en zorgt voor samenhang
  • Je kan je doel duidelijk maken
  • Je past je taalgebruik aan, aan je publiek
  • Je spreekt vloeiend, verstaanbaar en je zinnen kloppen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Zakelijk telefoongesprek
Taalgebruik is formeel
Kan met klant, leidinggevende of collega zijn, maar ook met gemeente of energiemaatschappij of belasting. 
Kent een vast verloop
Luister extra goed in een telefoongesprek, omdat je het zonder non-verbale communicatie moet doen.

Slide 6 - Diapositive

Opdracht
  1. Wat zeg jij als je iemand belt?
  2. Hoe sluit je het gesprek af?

timer
2:00

Slide 7 - Diapositive

Vooraf
  • Stemgebruik
  • Let op: Je tempo, volume en intonatie
  • Woordkeus aan de telefoon:
  • Correct Nederlands 
  • Spreek in de tegenwoordige tijd.
  • Gebruik geen verkleinwoorden.
  • Wees behulpzaam.


Slide 8 - Diapositive

Overige voorbeeld zinnen
  • ‘Hebt u een ogenblik?’
  • ‘Ik zal het even navragen.’
  • ‘Hebt u verder nog vragen? Kan ik verder nog iets voor u
  •  doen?’

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeld zinnen start:
  • 'Goedemorgen/Goedemiddag, u spreekt met ...’
  • ‘Komt het gelegen dat ik u even bel?’
  • ‘Ik hoop dat u mij meer kunt vertellen over ...’ 



Slide 10 - Diapositive

Voorbeeld zinnen afsluiting

Bij de afsluiting van het gesprek gebruik je bijvoorbeeld de volgende zinnen:
  • ‘Hartelijk dank voor het gesprek.’
  • ‘Bedankt voor de informatie.’
  • ‘Nog een prettige dag verder.’

Slide 11 - Diapositive

Tips
  • Luister goed
  • Bereid het gesprek voor
  • Zorg dat je alle gegevens bij de hand hebt 
  • Zorg voor pen en papier

Slide 12 - Diapositive


De telefoon gaat. Je neemt op. Wat zeg je als eerste?
A
Niks, ik wacht tot de ander iets zegt.
B
Ik zeg "Hallo".
C
Ik zeg "hallo" tegen de ander en ik zeg mijn naam.
D
Ik vraag waarom de ander belt

Slide 13 - Quiz

Waar of niet waar?
Je hoeft niet te zeggen waarom je belt als de ander heeft opgenomen.
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz


Als ik iemand bel, wie bepaalt dan waar we over praten?
A
Ik bepaal, want ik heb gebeld.
B
Ik wacht tot de ander begint te vertellen.

Slide 15 - Quiz


Wie praat er tijdens het gesprek?
A
Alleen ik
B
Alleen de ander
C
We praten allebei tegelijk
D
We praten om de beurt

Slide 16 - Quiz

Goed of fout?
Als ik wil stoppen met bellen hang ik gewoon op.
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz

Hoe moet je een telefoongesprek afronden als je wil op hangen?

Slide 18 - Question ouverte

Opdracht 2
Je wil een vakantiebaan in een winkel. Je ben bereidt om een dagje mee te lopen. Schrijf dit gesprek uit en oefen dit gesprek.
  • Hoe stel je jezelf voor?
  • Hoe spel je jouw naam m.b.v. het  NAVO alfabet
  • Hoe leg je uit waarom je belt?
  • Hoe stel je een vraag?
  • Hoe maak je een afspraak?
  • Hoe bevestig je de afspraak?
  • Hoe sluit je het gesprek af?

Slide 19 - Diapositive

Speeddate
Werk samen met een klasgenoot. 
Ga met je rug naar elkaar toe zitten. 

Je voert het rollenspel wat je hebt voorbereid. 
1 leerling is de beller (wil de baan). 
1 leerling is de werknemer van de winkel. 
timer
1:00

Slide 20 - Diapositive

Vragen voor nabespreking

  • Verliep de begroeting op de juiste wijze? Waaruit blijkt dit?
  • Noemde A haar/zijn eigen naam en die van de school? 
  • Controleerde A of hij de juiste persoon aan de lijn had? Waaruit bleek dit?
  • Heeft A uitgelegd waarvoor hij/zij  belde?
  • Waaruit bleek dit? Is je nog meer opgevallen aan het gesprek?

Slide 21 - Diapositive

Extra speeddate oefeningen


Situatie 1.

Noor is leerling op  SG Were Di en gaat  haar stageadres bellen om een  afspraak te maken met mevrouw Wezelot voor haar kennismaking gesprek.

Situatie 2:

Ayoub heeft griep. Thomas belt naar zijn stageadres en vraagt voor Mevrouw Wezelot  (zijn stage begeleider)  en meldt dat hij vandaag niet aanwezig kan zijn ,omdat hij ziek is.



 





      1. Slide 22 - Diapositive

        Extra oefenen?

        Slide 23 - Diapositive

        Slide 24 - Lien

        Toets
        Je voert een zakelijk telefoongesprek met een bedrijf. 

        Je bent op zoek naar een stageplek en belt hen of je daar terecht kan. 


        Slide 25 - Diapositive

        Toets 
        Je hebt de keuze uit deze 5 bedrijven:

        Slide 26 - Diapositive

        Slide 27 - Diapositive

        Voorbereiding op de toets
        Bedenk voor jezelf wat je tijdens iedere stap wilt zeggen:

        - Bereid je opening en afronding van het gesprek goed voor.  
        - Lees de omschrijving van het bedrijf en schrijf twee redenen op waarom je bij dit bedrijf stage wilt lopen. 
        - Bereid je vragen voor. 
        - Wat wordt de afsluiting van het gesprek? 





        Slide 28 - Diapositive

        Toets
        De werknemer van het bedrijf belt je via Ms Teams (zonder camera) , op het afgesproken tijdstip. De werknemer geeft aan dat ze een gemiste oproep van je hebben en je daarom terugbellen. Je geeft aan dat dit klopt. Je hebt namelijk gebeld, omdat je op zoek bent naar een stage plek. 

        • Jij leidt het gesprek. De docent wacht af. 
        • Volg het stappenplan dat je krijgt tijdens de toets. 
        • Het gesprek duurt ongeveer 7 minuten. 
        • Het cijfer telt 1 x mee. 

        Slide 29 - Diapositive