Woordenschat: zoek een bekend woorddeel

10 minuten lezen
timer
10:00
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

10 minuten lezen
timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Weekplanning
Woordenschat: zoek een bekend woorddeel

Tijdens deze les is er ruimte om te werken aan de boekdoos.

Goed gebekt en Kahoot quizje spelling


Vandaag


Les 2, week 48


Les 3, week 48

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag 
  1. Huiswerk nakijken 186/187 opdr. 3 en 4
  2. Verhaal creatief schrijven afronden (10 min) 
  3. Uitleg woordenschat: zoek een bekend woorddeel
  4. Zelf aan de slag

Slide 3 - Diapositive

Het lijdend voorwerp vind je door te vragen: 
WIE (OF WAT) + WERKWOORDELIJK GEZEGDE + ONDERWERP
Let op: 
Niet elke zin heeft een lijdend voorwerp: geen goed antwoord op de vraag? Geen lijdend voorwerp!
Lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel! 
Opdracht 3
  • 1 od → twijfelend/pvtt → kijkt / pvvt → keek/bn → gestelde
  • 2 pvtt → zijn/vd → uitgenodigd/bn → versierde
  • 3 bn → verliezende/pvtt → heeft/bn → winnend/vd → gemaakt
  • 4 pvtt → heeft/vd → geholpen/inf → verhuizen

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 4
  • 1) vtt
  • (2) vtt
  • (3) ott
  • (4) ovt
  • (5) ott
  • (6) vtt
  • (7) ott

  • (8) vvt
  • (9) ott
  • (10) ott
  • (11) ott
  • (12) ott
  • (13) vtt
  • (14) ott
  • (15) ott

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Woordenschat (H5)
Leerdoel: je leert de woordraadstrategie zoek een bekend woorddeel

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Samenstellingen
Woorden die bestaan uit een of meer losse woorden. 
Zoeken naar een bekend woorddeel
De betekenis van een onbekend woord kun je soms raden doordat je een of meerdere delen van een woord herkent. Dat kan op drie verschilldende manieren. 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Afleidingen
Woorden met een voor- of achtervoegsel.
Een voor- en / of achtervoegsel verandert de betekenis van het grondwoord

onvruchtbaar

Dit woord heeft zowel een voorvoegsel (on) als een achtervoegsel (baar)
Zoeken naar een bekend woorddeel
De betekenis van een onbekend woord kun je soms raden doordat je een of meerdere delen van een woord herkent. Dat kan op drie verschilldende manieren. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

3. Andere taal
Sommige woorden herken je door de kennis van een andere taal
Zoeken naar een bekend woorddeel
De betekenis van een onbekend woord kun je soms raden doordat je een of meerdere delen van een woord herkent. Dat kan op drie verschilldende manieren. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eens kijken of je het hebt begrepen!

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Is het volgende woord een samenstelling?
Rechtbank
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is het volgende woord een samenstelling?
Vreedzaam
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is het volgende woord een samenstelling?
Benadelen
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is het volgende woord een samenstelling?
Minimaliseren
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is het volgende woord een samenstelling?
Concerthal
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk voor- of achtervoegsel heeft het volgende woord: afkeuren?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk achtervoegsel heeft het volgende woord: gedachteloos?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk voorvoegsel heeft het volgende woord: dyslectisch?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent het voorvoegsel 'dys'?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welke taal komt het woord: daten?
A
Engels
B
Frans
C
Duits
D
Latijn

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welke taal komt het woord: enfant terrible?
A
Engels
B
Frans
C
Duits
D
Latijn

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welke taal komt het woord: solitair?
A
Engels
B
Frans
C
Duits
D
Latijn

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenwerken
Vorm een duo/trio

Waar?
Bladzijde 146

Wat?
Opdracht 2

timer
3:00

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je hebt vandaag geleerd
Dat je de betekenis van een woord kunt raden door te kijken naar de volgende drie onderdelen:

  1. Uit welke woorden bestaat het woord (samenstelling)
  2. Herken ik de betekenis op basis van voor- of achtervoegsels? (afleiding)
  3. Herken ik het woord uit een andere taal? 

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
Waar? 
Bladzijde 145-146

Waarover?
Zoek een bekend woorddeel

Welke opdrachten?
1 en 3

Is dit huiswerk voor de volgende keer?
Ja
timer
15:00

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefening werkwoordstijden
  • 1. Het CDA hield een congres in Arnhem. ovt
  • 2. Talloze leden hebben het woord gevoerd. vtt
  • 3. Bij dat vak spieken we niet. ott
  • 4. Hij had ook willen gaan. vvt
  • 5. Die man roept altijd maar wat. ott
  • 6. Ik ben daar ook geweest. vtt
  • 7. Zij was daar ook langs gelopen. vvt
  • 8. Wij fietsten graag in die omgeving. ovt
  • 9. De klimop groeit dit jaar wel erg hard. ott
  • 10. Doe je haar eens een keer anders. ott
  • 11. Heeft hij dat weer gedaan? vtt
  • 12. Was hij ook tegen? ovt
  • 13. Had hij dat niet wat beter kunnen doen? vvt
  • 14. Hield hij het een beetje rustig vandaag? ovt 

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions