2.6 + opstarten PO

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Planning

Leerdoelen

Vorige les

Uitleg

Praktische opdracht uitleggen

Aan de slag

Herhalen leerdoelen

Volgende les

Leerdoelen

Je weet met welke maatregelen je de stad weer aantrekkelijk kunt maken.

Je begrijpt waarom grote steden veel mensen uit de randgebieden van Nederland aantrekken.

Je kunt met hulp van kaarten de veranderingen in de Nederlandse stad beschrijven.

Vorige les: quizizz

Wat: Quizje over 2.1 t/m 2.5

Hoe: Quizizz

Hulp: Steek je vinger op

Tijd: 8 minuten

Klaar: Wacht rustig tot iedereen klaar is

De stad veranderd

vanaf 1970: Rijk gaat weg, arm komt ervoor terug

Om de stad aantrekkelijker te maken voor de rijken:

1. Renoveren

2. Saneren (woningdichtheid neemt af)

3. Nieuwbouw

4. Vinex

Compacte stad: Stadsvernieuwing

-> opvullen en nieuwbouw

Van probleemwijk naar prachtwijk

Segregatie

Maatregelen:

Woningen verbeteren

Parken, pleinen en speeltuinen bouwen

Buurtwinkels en cafés ondersteunen

De grote steden beleven een comeback

Vanaf 2005 geen leegloop steden meer omdat:

1. Steeds vaker blijven studenten wonen in de stad waar ze hebben gestudeerd en stichten er een gezin.

2. Er vindt een flinke instroom plaats van migranten uit de EU.

3. Vooral jonge mensen trekken naar de stad. Daar is werk en zijn prima voorzieningen

Dit noemen we Re-Urbanisatie

wat word er verbeterd?

Publieke ruimte

Hoe?

Mening van meningen tussen arme en rijke mensen zodat er een middelpunt word bereikt

Dit heet buurtbeleid

Praktische opdracht

Kijk mee!

Aan de slag: Praktische opdracht

Wat: Werken aan de praktische opdracht

Hoe: In je groepje

Hulp: Steek je vinger op

Tijd: 25 minuten

Klaar: Ga aan de slag met de opdrachten van 2.6

Herhalen leerdoelen

Je weet met welke maatregelen je de stad weer aantrekkelijk kunt maken.

Je begrijpt waarom grote steden veel mensen uit de randgebieden van Nederland aantrekken.

Je kunt met hulp van kaarten de veranderingen in de Nederlandse stad beschrijven.

Volgende les

Huiswerk:

Maak de opdrachten van 2.6 in je werkboek 

(opdracht 7 mag je overslaan)