Wat doe jij in de winkel? - Pakbon controleren

Wat doe jij in de winkel?

Pakbon controleren
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomiePraktijkonderwijsLeerjaar 2

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Wat doe jij in de winkel?

Pakbon controleren

Slide 1 - Diapositive

Na deze les heb je geleerd?
  • Uitleggen wat een pakbon is.
  • Levering controleren met de pakbon.
  • Artikelen ontvangen

Slide 2 - Diapositive

timer
1:00
Wat is een pakbon?

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Vidéo

Pakbon, wat is dat?
Je hebt vast wel eens iets via internet besteld. Je krijgt dan netjes een pakketje thuis gestuurd. Hierin zitten de artikelen die je besteld hebt. 
Er zit ook altijd papieren bij, zoals een pakbon. Een pakbon is een papier waarop staat welke artikelen in een verpakking zitten. 

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

1. Wat is een pakbon?

Slide 7 - Question ouverte

Levering controleren met de pakbon. 

Bij je werk in een winkel heb je ook te maken met een pakbon. In een winkel worden steeds nieuwe artikelen geleverd. Dit heeft de levering
Deze artikelen zijn besteld bij een leverancier. Een leverancier is een bedrijf dat artikelen levert aan een ander bedrijf. 

Slide 8 - Diapositive

2. Wat is een levering?

Slide 9 - Question ouverte

3. Wie levert de artikelen aan een winkel?

Slide 10 - Question ouverte

De vrachtbrief.
De vrachtwagen zit vol artikelen van de leverancier. Hij stopt bij het magazijn van de winkel. Bij al deze artikelen zitten een pakbon en een vrachtbrief. 
De vrachtbrief heeft de chauffeur bij zich. Op een vrachtbrief staat hoeveel dozen en pallets bij de levering zitten. Er staat niet op hoeveel artikelen er in een doos zitten of op een pallet staat. Jij hoeft niks met deze vrachtbrief te doen. 

Slide 11 - Diapositive

4. Wat is een vrachtbrief?

Slide 12 - Question ouverte

De pakbon. 
De pakbon moet je dus wel gebruiken. Met de pakbon contorleer je de geleverde artikelen. 
De pakbon bevat belangrijke informatie voor jou: 
- Artikelcode van de artikelen
- Omschrijving van de artikelen
- Aantal van elk artikel
- Afzender en ontvanger 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

5. Welk papier gebruik je om te kijken of de juiste artikelen zijn geleverd?
A
vrachtbrief
B
pakbon

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Diapositive

Kijk naar de afbeelding hiervoor.
6. Wie is de leverancier?

Slide 17 - Question ouverte

Kijk naar de afbeelding hiervoor.
7. Hoe heet de klant waar de artikelen geleverd worden?

Slide 18 - Question ouverte

Kijk naar de afbeelding hiervoor.
8. Hoeveel artikelen moet de levering hebben?

Slide 19 - Question ouverte

Kijk naar de afbeelding hiervoor.
9. Welke artikelen zitten in de levering?

Slide 20 - Question ouverte

Controleren artikelen.
Als de levering klopt, ga je verder met controleren. 
Je sorteert de dozen met artikelen op artikelgroep. Een artikelgroep is een groep artikelen die bij elkaar horen. 
Je zet dus alles netjes bij elkaar. Je hoeft dan niet te zoeken als je gaat tellen. Zo maak je geen fouten. 
Op de buitenkant van dozen zit vaak een sticker waarop je ziet wat er in de doos zit. Dit is makkelijker met sorteren. 

Slide 21 - Diapositive

Hoe verder?
Daarna tel je de artikelen. Je doet dit per artikelgroep. 
Zijn er dozen bij? controleer de inhoud van de doos. Let er op dat de artikelen in de doos niet beschadigd zijn. 
Heb je de dozen en artikelen geteld. Kijk dan op de pakbon of het aantal artikelen klopt. 
Klopt alles, ga je door met tellen. 
Klopt het niet, schrijg je dit op de pakbon. 

Slide 22 - Diapositive

Teller en schrijver.
Als je alles genoteerd hebt, schrijf je jouw naam en handtekening op de pakbon. 
In sommige winkels controleer je de pakbon met 2 personen. 
De ene is de teller. Deze opent de doos, sorteert de artikelen en telt ze. 
De ander is de schrijver. Deze leest op wat er op de pakbon staat en schrijft op wat niet klopt. 

Slide 23 - Diapositive

Lees het volgende voorbeeld en bekijk het plaatje. 

Je werkt bij een boekhandel. 
Daar is net een doos met boeken 
geleverd. De helft heb je al uit de 
doos gehaald om ze te tellen. 
Er zitten nog 10 boeken in de doos. 

Slide 24 - Diapositive

10. Hoeveel boeken zitten er bij deze levering?

Slide 25 - Question ouverte

Controleer de pakbon. 

Slide 26 - Diapositive

11. Klopt de pakbon?
A
ja
B
nee

Slide 27 - Quiz

Bekijk de volgende foto. 

Slide 28 - Diapositive

12. Hoeveel flessen wijn zitten er in de doos?

Slide 29 - Question ouverte

Controleer de pakbon. 

Slide 30 - Diapositive

13. Klopt de pakbon?
A
ja
B
nee

Slide 31 - Quiz

De levering klopt niet, wat nu?
Als bij de controler blijkt dat de inhoud niet klopt, geef je dit door aan je baas. Je schrijft op de pakbon wat er niet klopt aan de levering. 
Is er iets kapot? Dan schrijf je op wat er kapot is. 
Ontbreek een artikel? Dan schrijf je dat op de pakbon. 
Je baas belt met de leverancier om te zeggen dat er iets niet klopt aan de levering. Zij overleggen wat er gedaan wordt. 

Slide 32 - Diapositive

14. Wat doe je als een levering niet klopt?

Slide 33 - Question ouverte

15. Bij een levering zit een kapotte lamp. Wat doe je?

Slide 34 - Question ouverte

Artikelen ontvangen.
Een leverancier brengt een levering voor de winkel. Eerst moeten de artikelen uit de vrachtwagen worden gehaald. En daarna of in de winkel of in het magazijn gezet worden voor de pakbon controle. 
Je lost de levering. Lossen is het uit de vrachtwagen halen van de artikelen en in het magazijn of de winkel zetten. 

Slide 35 - Diapositive

16. Wat is lossen?

Slide 36 - Question ouverte

Hulpmiddelen
Bij het lossen gebruik je verschillende soorten hulpmiddelen, zoals een steekwagen of een pompwagen. 
Vaak heeft de chauffeur zelf al handige hulpmiddelen bij zich. Toch help je vaak even bij het lossen. 

Slide 37 - Diapositive

17. Welke hulpmiddelen kun je bij het lossen gebruiken? Noem er 2.

Slide 38 - Question ouverte

18. Sleep de naam naar het juiste plaatje. 
Dolly
steek-
wagen
pomp-
wagen
rol-
container

Slide 39 - Question de remorquage

Schrijf 1 ding op dat je geleerd hebt.

Slide 40 - Question ouverte

Schrijf 1 ding op dat je niet zo goed begrijpt.

Slide 41 - Question ouverte