Toetsweek voorbereiding H3 en H7

Herhaling havo 2
H3 en H7
Toetsweek juni/juli
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Herhaling havo 2
H3 en H7
Toetsweek juni/juli

Slide 1 - Diapositive

De stof
  • H1: B49, B153, B156, B230, B235, B220, B234, B240
  • H2: B66, B81, B84, B83, B86, B87, B90, B91, B120, B121
  • H3: B126, B127, B52, B134, B118, B120, B125
  • H7: B37, B53, B64, B55, B56, B114, B54

Slide 2 - Diapositive

Hoofdstuk 3: Energiebronnen
H3: B126, B127, B52, B134, B118, B120, B125

Slide 3 - Diapositive

Welke omschrijving geeft de betekenis van het broeikaseffect het beste weer?
A
Het verbouwen van planten in kassen.
B
Gaslaag in de atmosfeer die ons beschermt tegen zonnestraling.
C
Het vasthouden van koude lucht door koolzuurgas.
D
Het vasthouden van warme lucht door gassen in de dampkring

Slide 4 - Quiz

Is er altijd een broeikaseffect?
Ja
Nee

Slide 5 - Sondage

Wat mist er in dit rijtje?
Fossiele brandstof: aardolie, aardgas en ...

Slide 6 - Question ouverte

Biomassa is 100% duurzaam
Eens
Oneens

Slide 7 - Sondage

Windenergie is een voorbeeld van een uitputbare energiebron.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Een hernieuwbare energiebron kan opraken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Welke energiebron is hernieuwbaar?
A
Kernenergie
B
Hydro-elektriciteit
C
Geothermische energie
D
Fossiele energie

Slide 10 - Quiz

Wat is een andere benaming voor ´ijstijd´?

Slide 11 - Question ouverte

Klik op de afbeelding. Wat geeft dit plaatje weer?

Slide 12 - Question ouverte

Fotosynthese
Glucose
Koolstofdioxide
Zuurstof
Water
Zonlicht

Slide 13 - Question de remorquage

1
2
3
4
5
6
7
De zon verwarmt de oceaan
Er ontstaan wolken
Er ontstaat neerslag 
Oceaanwater verdampt 
Water valt terug in de oceaan
Waterdamp koelt af
Waterdamp stijgt op

Slide 14 - Question de remorquage

De waterkringloop begint met.......
A
Condensatie
B
Verdamping
C
Neerslag
D
Erosie

Slide 15 - Quiz

verdampen/
evaporatie
condenseren
grondwaterafvoer
stuwingsneerslag
zout water
Afwatering
Transpiratie

Slide 16 - Question de remorquage

Welke schaal gebruiken we voor windkracht?
A
Schaal van Richter
B
Schaal van Mercalli
C
Schaal van Scoville
D
Schaal van Beaufort

Slide 17 - Quiz

Sleep de begrippen op de juiste plaats!
Uiterwaard
Zomerdijk
Winterdijk
Vaargeul

Slide 18 - Question de remorquage

Hoofdstuk 7: VS en India
H7: B37, B53, B64, B55, B56, B114, B54

Slide 19 - Diapositive

Welke temperatuurfactor zorgt voor het verschil in temperatuur tussen deze 2 plekken?
A
Breedteligging
B
Hoogteligging
C
Ligging t.o.v. zee
D
Ligging koude lucht/zeestromen

Slide 20 - Quiz

Welke temperatuurfactor zorgt voor het verschil in temperatuur tussen deze 2 plekken?
A
Breedteligging
B
Hoogteligging
C
Ligging t.o.v. zee
D
Ligging van gebergte (loef-lijzijde)

Slide 21 - Quiz

Welke klimaatfactor zie je hier?
A
Hoogteligging
B
Breedteligging
C
Zeestromen
D
Ligging van gebergte (loef-lijzijde)

Slide 22 - Quiz

De wet van Buys Ballot

"De wind heeft op het noordelijk halfrond een afwijking naar ...... "
A
rechts
B
links

Slide 23 - Quiz

De wet van Buys Ballot

"De wind waait altijd van ..... druk
naar ..... druk"
A
lage naar hoge
B
hoge naar lage

Slide 24 - Quiz

Sleep de onderstaande vakjes naar het juiste begrip:  
Lage drukgebieden
Hoge drukgebieden
Aanlandige wind
Aflandige wind
Stijgende lucht
Dalende lucht
Droog/goed weer
Regenachtig
Tekort aan lucht
Teveel aan lucht

Slide 25 - Question de remorquage

Een ander woord voor lagedrukgebied is een..
A
Minimum
B
Maximum
C
Depressie
D
Buys ballot

Slide 26 - Quiz

Hoe luidt de Wet van Buys Ballot?

Met de wind in de rug...
A
op het NH met een afwijking naar links
B
op het ZH met een afwijking naar links

Slide 27 - Quiz

A-klimaat
B-klimaat
C-klimaat
D-klimaat
E-klimaat
droog klimaat
land klimaat
gematigd klimaat
tropisch klimaat
pool klimaat

Slide 28 - Question de remorquage


A
A
B
B
C
E
D
D

Slide 29 - Quiz


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 30 - Quiz


A
Af
B
Cs
C
As
D
Cf

Slide 31 - Quiz


A
Cw
B
Dw
C
EF
D
ET

Slide 32 - Quiz

Een orkaan is een...
A
natuurramp
B
milieuramp

Slide 33 - Quiz

Een orkaan is....?
A
Een orkaan is een grote vloedgolf die ontstaat door een aardbeving.
B
Een orkaan is een hele hevige storm.
C
Een orkaan is een hevige storm met sterke wervelwinden.
D
Een orkaan is harde regen met hagel.

Slide 34 - Quiz

De natte moesson in India komt van een...
A
Aanlandige wind
B
Aflandige wind

Slide 35 - Quiz

Wanneer is de natte moesson in India
A
Januari
B
Maart
C
Juli
D
Oktober

Slide 36 - Quiz

Sleep de moesson naar het juiste plaatje!
Zomer moesson
Winter moesson

Slide 37 - Question de remorquage

Wat is een moesson?
A
Een orkaan
B
Wind vanaf zee die veel regen meebrengt.
C
Vaste wind vanaf zee.
D
Warme wind

Slide 38 - Quiz