7.4 Nederland verduurzaamt

7.4 Nederland verduurzaamt
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

7.4 Nederland verduurzaamt

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen 7.3
  • Weet je welke nadelen fossiele brandstoffen hebben en wat de energietransitie is. 
  • Begrijp je welke voor- en nadelen duurzame energiebronnen hebben.
  • Kun je uitleggen wat biomassa is en wat de voor- en nadelen zijn.
  • Begrijp je waarom aardwarmte in Nederland maar weinig wordt gebruikt.

Slide 2 - Diapositive

Juist
Onjuist
Sleep de stelling naar Juist of onjuist
De energietransitie betekent het overgaan op andere vormen van energie.
Door de energietransitie moet de opwarming van de aarde verminderen.

Slide 3 - Question de remorquage

Wat is de atmosfeer?
A
lucht om de aarde / dampkring
B
invloeden afkomstig van de levenloze natuur
C
abiotische factoren
D
gebied waarin geen leven mogelijk is

Slide 4 - Quiz

Je ziet hieronder meerdere energiebronnen. Welke bron is GEEN fossiele bron. Kies:
A
windmolen
B
aardolie
C
steenkool
D
aardgas

Slide 5 - Quiz

In deze paragraaf leer je:
  • Kun je uitleggen waarom wij een te grote ecologische voetafdruk hebben
  • Weet je dat de bodem, de lucht en water op verschillende manieren wordt vervuild.
  • Begrijp je wat de begrippen intensieve landbouw, ecosystemen en biologische landbouw met elkaar te maken hebben
  • Kun je uitleggen waarom de ecologische voetafdruk in een circulaire economie kleiner wordt. 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

De ecologische voetafdruk

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Te kleine wereld? 
Wat is de ecologische voetafdruk?
  • De ruimte die nodig is om alles te maken, verbouwen, vervoeren wat je koopt en doet.


Waarom heeft de wereldbevolking een te grote ecologische voetafdruk?
  • De hele wereldbevolking gebruikt meer ruimte dan er beschikbaar is. (namelijk 75% meer dan de aarde nu te bieden heeft)









Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Wat is jouw voetafdruk?
maak de opdracht op de volgende site

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Lien

Wereldwijde milieuproblematiek

Milieuproblemen die effect hebben op de hele wereld.

Bijvoobeeld:
  • plasticsoep
  • versterkt broeikaseffect
  • gat in de ozonlaag 

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Kringloop
Een natuurgebied waarbinnen alles wat groeit en leeft elkaar in evenwicht houdt noem je een ecosysteem. Voedsel, water, zuurstof en CO2 gaan in een ecosysteem rond via: natuurlijke kringlopen.  

Door die kringlopen is er een natuurlijk evenwicht: de aarde zorgt voor het oplossen van haar eigen problemen.

Verstoring van het natuurlijk evenwicht = milieuprobleem
In een kringloop worden energie en stoffen van het ene dier (of plek) doorgegeven aan een ander dier (of plek).


Slide 18 - Diapositive

Landbouw
Het ligt aan het soort land van de boer of hij doet aan:
  • Intensieve landbouw: Gebruik van veel machines, mensen en bemesting
  • biologische landbouw: Weinig mest, mensen en machines

Landbouw = akkerbouw + veeteelt

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Na de ondertekening van het Klimaatakkoord van Parijs heeft Nederland vastgelegd wat we moeten bereiken in eigen land.

Waar is dat vastgelegd?
  • In de Klimaatwet.
     
Wat wil Nederland bereiken?
  • In 2030 moet ons land 50% minder CO2 uitstoten.
  • In 2050 moet dat 95 procent zijn.
  • De ecologische voetafdruk van elke Nederlander moet kleiner.



Slide 21 - Diapositive

Circulaire economie
De term circulaire economie is momenteel heel populair. 
Het heeft te maken met hoe dingen weer
terugkomen in bedrijven en productie.




Slide 22 - Diapositive