Les 3: Aandrijvingen / Motoren

• Voeding
• MBO
• Studiejaar 2

Procestechniek

Aandrijvingen / Motoren (H10 ELO)

Lesdoelen

Jij:

• Weet welke vormen van energie worden gebruikt om een beweging tot stand te brengen
• Kan op een eenvoudige wijze de werking van een elektromotor en brandstofmotor uitleggen

Energie

• Voor een aandrijving is energie nodig
• Met energie kunnen we motoren laten werken
• Motoren zorgen voor beweging

Voor beweging is energie nodig

Wie of wat zorgt voor de energie:

• Het fietsen van huis naar school?
• Het op- en neer gaan van een lift?
• Het werken van de bosmaaier, kettingzaag of trekker van een hovenier?
• Het autorijden?

Wie of wat zorgt voor de energie bij beweging fiets, auto, trekker, bosmaaier, lift enzovoorts?

Beweging door

• Verbrandingsmotor -->  Energie van: Benzine, Diesel, LPG of Waterstof
• Elektromotor --> Energie van: Elektriciteit . Opgewekt door zonnecellen, windturbines, kern- kolen of gascentrales 

De verbrandingsmotor

In de volgende video een uitleg van de viertaktmotor. Beantwoord na afloop de volgende vragen:

1. Wat wordt bedoeld met 4 takt?
2. Wat is een carburateur?
3. Wat wordt bedoeld met de arbeidsslag?
4. Wat is verschil tussen 2 takt en 4 takt?

Wat is 4 takt, een carburateur, Arbeidsslag verschil 2 en 4 takt

De elektromotor

Beantwoord na de volgende video de volgende vragen:

• Wat is het voordeel van een elektromagneet ten opzichte van een permanente magneet?
• Wat wordt bedoeld met het armatuur?
• Wat zijn koolstofborstels?
• Weel wikkelingen maakt een elektromotor sterker. Waar of niet waar?

De elektromotor

Beantwoord na de volgende video de volgende vragen:

• Wat is het voordeel van een elektromagneet ten opzichte van een permanente magneet?
• Wat wordt bedoeld met het armatuur?
• Wat zijn koolstofborstels?
• Weel wikkelingen maakt een elektromotor sterker. Waar of niet waar?