12-11 Interpunctie

Taalverzorging
Interpunctie
(leestekens)

Ga zitten op je plaats
Pak je spullen
(Laptop in tas)
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, mavoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Taalverzorging
Interpunctie
(leestekens)

Ga zitten op je plaats
Pak je spullen
(Laptop in tas)

Slide 1 - Diapositive

Programma:
  • Uitleg interpunctie

  • Z.s.

  • Journaal?

  • Les afsluiten

Slide 2 - Diapositive

Vorige les:

E-mail/brief/artikel besproken
Opdracht(en) ingeleverd

De interpunctie klopte niet.

Slide 3 - Diapositive

Kunnen/kennen
  • De leestekens juist gebruiken

  • Kun je op de juiste manier citeren

  • Weet je wat citaten zijn

Slide 4 - Diapositive

Interpunctie
Wie weet wat er bedoeld wordt met interpunctie?

Slide 5 - Diapositive

Punt
Je zet een punt aan het eind van een zin.

Let op!
In de titel zet je geen punt.

Slide 6 - Diapositive

Komma
Als je zin een ´pauze´ nodig heeft.

Bij een opsomming

Ik blijf thuis, omdat de timmerman komt.

Interpunctie bestaat uit punten, komma´s, uitroeptekens en vraagtekens.

Slide 7 - Diapositive

Vraagteken
Aan het eind van een vraagzin.

Begrijp je dat?

Wie heeft er nog een vraag?

Slide 8 - Diapositive

Uitroepteken
Aan het eind van een zin met extra nadruk.

Geen uitroepteken in formele brieven!

Slide 9 - Diapositive

Citeren
Letterlijk wat iemand:

Zegt, roept, gilt, vermeldt, uit, vertelt, beweert, meedeelt, vraagt...

Dubbele punt en aanhalingstekens

Mary vraagt: 'Kunnen we een beetje eerder stoppen met de les?'

Slide 10 - Diapositive

Citaat vooraan
'Ik ga naar school', riep Marie.

'Marie riep 'Ik ga naar school'.

'Mag ik een ijsje?', vroeg Bram.

Bram vroeg: 'Mag ik een ijsje?'

Slide 11 - Diapositive

Aan de slag met:
  • Blz. 224 - Opdracht. 1 t/m 6

Hoe? Boek

Vragen:
Ik loop door door het lokaal. Vragen mag je alleen stellen als ik bij je ben.

Wat te doen als je wacht/klaar bent:
  • Afmaken .


Voor hoe lang?




Groen: Overleggen met je klasgenoten mag. Heb je vragen? Wacht op de docent, of vraag je klasgenoot.
Oranje: We werken op fluisterniveau, vragen? Wacht op de docent.
Rood: We zijn stil aan het werk. Je vragen mag je op een later moment stellen.



timer
1:00

Slide 12 - Diapositive

Terugblik

Slide 13 - Diapositive

Kunnen/kennen
  • De leestekens juist gebruiken

  • Kun je op de juiste manier citeren

  • Weet je wat citaten zijn

Slide 14 - Diapositive

Volgende les:
Laptop nodig

Slide 15 - Diapositive