3mavo - blok 1 - spreken, kijken en luisteren

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Welke tekstdoelen ken je?
A
informeren, amuseren en overhalen
B
informeren, amuseren, overhalen, uitleggen, activeren en betogen
C
informeren, amuseren, overhalen, uitleggen en activeren
D
ik ken geen tekstdoelen

Slide 2 - Quiz

Bij het tekstdoel overtuigen wil de schrijven het publiek overhalen/aansporen om iets te doen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Welke 3 luistermanieren ken je?
A
globaal, intensief en zoekend
B
globaal, activerend en informerend
C
globaal, zoekend en amuserend
D
ik ken geen luistermanieren

Slide 4 - Quiz

3 Luistermanieren:

Globaal: Je bekijkt het filmpje en begrijpt ongeveer waar de tekst over gaat. Dit doe je bijvoorbeeld als je het filmpje voor het eerst bekijkt.

Intensief: Je bekijkt het filmpje zeer nauwkeurig.Je probeert zoveel mogelijk informatie die je ziet en hoort te onthouden.

Zoekend: je gaat op zoek naar datgene waar jij informatie over wilt hebben.
Dit doe je als je vooraf weet naar welke informatie je op zoek bent.
Je bent bijvoorbeeld op zoek bent naar het antwoord op een vraag.

Slide 5 - Diapositive

Beeldmateriaal dat wordt gebruikt om extra informatie te geven die tijdens het verhaal niet wordt verteld, noemen we ondersteunend beeldmateriaal
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Versierend beeldmateriaal wordt gebruikt voor de sfeer, maar is niet per se nodig
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Wat is non-verbale communicatie?
A
Communiceren door taal te gebruiken
B
Communiceren door geen taal te gebruiken

Slide 8 - Quiz

Wat bedoelen we met lichaamstaal?
A
Dat is hetzelfde als non-verbale communicatie
B
Dit is hetzelfde als verbale communicatie
C
Dit valt onder non-verbale communicatie (bv. gebaren, lichaamshouding en oogcontact)
D
Dit valt onder verbale communicatie (bv. de woorden die je gebruikt)

Slide 9 - Quiz

Wat doet een betogende presentatie?
A
Het publiek informatie geven over een onderwerp
B
Het publiek iets uitleggen
C
Het publiek proberen te overtuigen
D
Het publiek overhalen om iets te gaan doen

Slide 10 - Quiz

Wat doet een activerende presentatie?
A
Het publiek informatie geven over een onderwerp
B
Het publiek iets uitleggen
C
Het publiek proberen te overtuigen
D
Het publiek overhalen om iets te gaan doen

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive