Aan het eind van de les weet je wat bedoeld wordt met budgetteren is
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Les 1 Wat is budgetteren
Aan het eind van de les weet je wat bedoeld wordt met budgetteren is
Slide 1 - Diapositive
Wat is een budget?
Slide 2 - Question ouverte
Waarom denk je dat budgetteren belangrijk is?
Slide 3 - Question ouverte
Heb je ooit zelf een persoonlijk budget opgesteld?
Zo ja, wat was hier de reden voor? Zo nee, waarom nog niet?
Slide 4 - Question ouverte
Wat is het belang van budgetteren voor een bedrijf?
Slide 5 - Question ouverte
Wat zijn de gevolgen van een slecht opgesteld budget voor een bedrijf?
Slide 6 - Question ouverte
Er zijn verschillende soorten budgetten met verschillende functies
Slide 7 - Diapositive
Financiële planningen
Prognose: Een prognose is een voorspelling van het financiële resultaat van een bedrijfsactiviteit in een bepaalde periode vooruit. Een prognose kun je tussentijds bijstellen.
Begroting: Een begroting is een financiële planning. Je maakt een begroting voor een vaste periode. Een begroting kun je tussentijds bijstellen indien nodig.
Budget: een goedgekeurde begroting waar je je aan houden moet. Deze kan niet bijgesteld worden.
Slide 8 - Diapositive
Bij het opstellen van een budget stel je vooraf vast hoe hoog bepaalde kosten mogen zijn. Je spreekt dan van budgetteren.
Bij budgetteren houd je rekening met:
historische financiële gegevens
(financiële) doelen
marktomstandigheden
wijzigingen in het bedrijfsbeleid
Slide 9 - Diapositive
Soorten budgetten:
Alle budgetten van een onderneming bij elkaar noem je het masterbudget. Het masterbudget kun je onderverdelen in deelbudgetten:
aankoop van bedrijfsmiddelen
verwachte ontvangsten en uitgaven
hoeveel omzet je moet realiseren.
de kosten die gemaakt mogen worden.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Vast, variabel en gemengd budget
Bij de kostenbudgetten kun je onderscheid maken in een vast, een variabel of een gemengd budget.
Vast bedrag voor een periode. Het bedrag is onafhankelijk van de omzet.
Bedrag dat afhankelijk is van de omzet. Wordt vaak uitgedrukt in een percentage vd omzet.
Vast budget voor de vaste kosten en een variabel budget voor de variabele kosten.
Slide 12 - Diapositive
Onderzoek en beschrijf waar de volgende budgetten voor bedoeld zijn:
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Allocatiefunctie: je wijst verschillende afdelingen binnen de organisatie een gedeelte van het budget toe
Planningsfunctie: uitstippelen van de koers van een organisatie
Delegatiemiddel: overdragen van werkzaamheden en bevoegdheden
Autorisatiefunctie: iemand machtigen om een hoeveelheid geld naar eigen inzicht te gebruiken binnen een bepaalde periode
Communicatiefunctie: laten weten hoeveel geld er besteed mag worden en door wie
Controlefunctie: achteraf vergelijken of het budget voldoende was
Beheerfunctie: controleren of het budget overschreden wordt
Vergelijkingsmiddel: vergelijking met cijfers uit het verleden