2.2 de Industriële Revolutie

De industriele revolutie
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

De industriele revolutie

Slide 1 - Diapositive




Tijdvak van burgers en stoommachines 1800
1800– 1900



Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen 2.2
- Ik kan positieve en negatieve gevolgen van de Industriële revolutie noemen. 
- Ik kan uitleggen dat het modern imperialisme een gevolg is van de Industriële Revolutie.
- Ik kan minstens 3 voorbeelden van industrialisatie in de 19e eeuw in Nederland geven.
- Ik ken de begrippen:
> Industriële Revolutie     > modern imperialisme       > industrialisatie

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Van handwerk naar machine


Hoe werd Engeland tussen 1750 en 1850 een Industriele samenleving ? 

Slide 6 - Diapositive

Industriële Revolutie
  • De overgang van kleinschalige handmatige productie naar grootschalige machinale productie

  • Tussen 1750-1900 begonnen in Engeland (als gevolg van de bevolkingsgroei)

  • Belangrijke uitvindingen: Spinning Jenny, de schietspoel en de stoommachine

Slide 7 - Diapositive

van kleinschalige handmatige productie...
... naar grootschalige machinale productie

Slide 8 - Diapositive

Nederland industrialiseert laat 
  • Pas vanaf 1870

  • Handel blijft voor veel investeerders belangrijk: weinig vertrouwen in de industrie

  • Geen geschikte grondstoffen voor industrie

  • Op de afbeelding: papier maken rond 1800 en rond 1870

Slide 9 - Diapositive

Opdracht: Waarom Engeland?
  • Samen met  buurman/buurvrouw
  • Gebruik tekstboek 
  • Ga op zoek naar zoveel mogelijk oorzaken waarom de industriële revolutie in Engeland begon
timer
7:00

Slide 10 - Diapositive

Waarom is de Industriële revolutie rond 1750 in Engeland ontstaan?

Slide 11 - Question ouverte

Waarom is de Industriele revolutie rond 1750 in Engeland ontstaan?
- Er is voldoende geld (wereldhandel, Engeland bezit veel kolonien)
- Er zijn voldoende grondstoffen (steenkool en ijzererts)
- Bevolkingsgroei waardoor veel mensen vanaf het platteland naar de stad verhuizen (werkloosheid)
- Verbetering van de stoommachines

Slide 12 - Diapositive

Wat past bij industrialisatie?
arbeiders
fabrieken
Engeland
huisnijverheid

Slide 13 - Question de remorquage

Welk begrip past bij deze afbeelding?

Slide 14 - Diapositive

Welk begrip past bij de afbeelding?
A
Industriele revolutie
B
huisnijverheid
C
stoommachine
D
kapitalisme

Slide 15 - Quiz

De industriele revolutie begon in Engeland omdat
A
Daar de meeste fabrieken waren
B
zij beschikten over grondstoffen
C
De Engelsen fabrieken stichtten in kolonien
D
er te weinig mensen op het platteland leefden

Slide 16 - Quiz

Noem een positief gevolg van de Industriële Revolutie

Slide 17 - Question ouverte

Noem een negatief gevolg van de Industriële Revolutie

Slide 18 - Question ouverte

Modern Imperialisme

Slide 19 - Diapositive

Modern Imperialisme

Slide 20 - Diapositive

modern imperialisme

Slide 21 - Diapositive

Modern imperialisme = 

Periode van ongeveer 1850 tot 1920, waarin Europese landen bestaande kolonies uitbreidden of nieuwe veroverden vooral in Azië en Afrika


Slide 22 - Diapositive

Wat was de belangrijkste oorzaak voor modern imperialisme?

Slide 23 - Question ouverte

Wat is geen oorzaak voor het modern imperialisme?
A
Koloniën zijn ideaal als afzetgebied
B
Het hebben van een imperium geeft macht en aanzien.
C
De inheemse bevolking wilde graag onderdeel zijn van een Europees land.
D
Door de industriële revolutie was er een technologische voorsprong.

Slide 24 - Quiz

Wat is modern imperialisme?
A
Veel grond in Europa veroveren
B
Veel kolonies stichten in Zuid Amerika
C
Veel grond veroveren en besturen in Afrika en Azie
D
Veel handelen met kolonies

Slide 25 - Quiz