Orun springen herhalingsles

Orun Springen
Herhaling voor mijn favoriete klas
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
DierverzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 10 min

Éléments de cette leçon

Orun Springen
Herhaling voor mijn favoriete klas

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Quiz time!
we gaan eerst kijken hoe goed jullie de kennis al beheersen

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Waar is de verlichte zit belangrijk voor?
A
1. Het verhogen van de snelheid 2. Een gevoelig paard rijdt beter 3. De balans van de ruiter
B
1. De balans van het paard 2. Het ontspannen van de rug 3. Het aanrijden van de sprong
C
1. De balans van de ruiter 2. Het leren stilzitten voor de sprong 3. De balans van het paard
D
1. Het trainen van de conditie 2. Voor jonge paarden 3. Het leert de ruiter stil zitten

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Handen naar heupen toe trekken
Langs het paard naar de hindernis kijken
Ruiter zit voor de beweging
Ruiter zit achter de beweging
Ruiter geeft teveel na met de hand 

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef een plaatje van de zweeffase
(Een van de beweeg fasen)

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke voorbeen techniek is dit?

Slide 6 - Question ouverte

Antwoord: Hangend of lang voorbeen
Welke voorbeen techniek is dit?

Slide 7 - Question ouverte

Antwoord: Wijd voorbeen, lang voorbeen is ook goed
Welke achterbeen techniek is dit?

Slide 8 - Question ouverte

Antwoord lang achterbeen
Welke achterbeen techniek is dit?

Slide 9 - Question ouverte

Antwoord: Knijpen, vasthouden, verkrampt
Welke term hoort bij deze omschrijving:
'Paarden die nergens echt van wegschieten en meestal wat traag in hun manieren en bewegingen zijn. Ze geven vaak ook nauwelijks reactie op een gemaakte fout.'
A
Ongecompliceerd
B
Koud
C
Klein hart
D
Stom

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef de term voor deze omschrijving van een paard:
"Hij kan zo bang zijn van wind of geluid, ik moet dan heel voorzichtig met hem zijn. Zo niet, gaat het ten koste van zijn sprongen."

Slide 11 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

3

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

00:14
Wat gebeurde hier?
A
De ruiter was uit balans voor de sprong
B
De ruiter had geen controle
C
Het paard ging fietsen
D
Het paard ging banken

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

00:32
Het paard ging hier zowel banken als fietsen, maar waarom doen paarden dan?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

00:40
Waarom kon het paard (twee keer) niet springen?
A
De ruiter had een slechte afstand
B
De ruiter was uit balans
C
Het paard heeft een klein hart en vertrouwde het niet
D
De ruiter gaf niet genoeg druk/ondersteuning in zijn aanloop

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel meter ligt er tussen de drafbalken?
| ---- | --- |
A
1,2 tot 1,5 meter
B
2,2 tot 2,5 meter
C
2,5 tot 2,8 meter
D
0,5 tot 1 meter

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een in/uit hindernis is 3 meter, mits het in een binnen piste is.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de afstand, uit draf, voor een lijntje van 3 galopsprongen?
I-| --- |

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de afstand, uit draf, voor een lijntje van 4 galopsprongen?
I-X --- ||

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel galopsprongen zitten er in een dubbelsprong van 7 à 8 meter?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel galopsprongen staat een lijntje van 14 à 15 meter?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel galopsprongen is een lijntje van 23 à 24 meter?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Je loopt een 1.20 parcours, een lijntje staat op 22 meter. De lijn staat later in het parcours en je rijdt een goed getraind paard. Wat ga je doen als je over de eerste hindernis komt? Hoeveel galopsprongen zal je gaan maken?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je gaat springen, is het belangrijk dat je genoeg aandacht besteedt aan het dressuurmatig losrijden. Noem 4 punten waar je aandacht voor moet hebben als je wilt gaan springen.

Slide 24 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een vereiste van een gebroken lijn?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat moet een goed eventing paard allemaal kunnen?
noem zoveel mogelijk punten

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

(Eventing) Wat is het doel van de keuring na het springen parcours?
A
Kijken of het paard fit is voor de cross
B
Kijken of het paard geen spoorplekken heeft
C
Dit is een doping controle
D
Kijken of de ruiter tevreden is

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoek een breedtesprong in een eventing parcours.

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

En ??
Dit zijn de onderwerpen die we besproken hebben:
  • Verlichte zit (+ de fouten)
  • Beweegfases (3, 5, 7)
  • Beentechniek
  • Vaktermen
  • Afstanden
  • Beginnen met springen
  • De eventing

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions