Thema 4, Les 1 - Schakelingen

• Mens & Natuur
• Middelbare school
• vmbo b, k, t
• Leerjaar 1,2

Schakelingen

Website week 2

IJburg College
Leerjaar 1 en 2

Wat weet je al over elektriciteit?

Leerdoelen

-Je kunt uitleggen hoe elektriciteit kan lopen tussen een bron en een apparaat.

-Je kunt minstens vijf verschillende elektrische componenten benoemen en tekenen.

-Je kunt simpele schakelschema's tekenen.

-Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een serie- en een parallelschakeling.

Elektriciteit

Elektriciteit bestaat uit allemaal elektronen. Dit zijn nog kleinere deeltjes dan moleculen.

Om een apparaat op elektriciteit te laten werken, moet stroom een heel rondje kunnen maken, van de bron naar het apparaat en weer terug.

Dit noemen we een gesloten stroomkring.

Elektrische componenten en symbolen

Alle elektrische apparaten hebben een bepaald 'logo' (symbool).

Deze zijn belangrijk voor het tekenen van een schakelschema.

Kijk even goed naar de symbolen. Hierna worden er twee gevraagd. 

Wat is dit?

1. Batterij
2. Lampje
3. Stroommeter
4. Draad

Wat is dit?

1. Draad
2. Drukschakelaar
3. Batterij
4. Wipschakelaar

Vier regels bij het tekenen

1. Draden tekenen we alleen horizontaal of verticaal.

2. Afstanden in het schakelschema zeggen niets over de werkelijke afstanden.

3. Posities in het schakelschema zeggen niets over de werkelijke posities.

4. Het schakelschema moet zo overzichtelijk mogelijk zijn. 

Serieschakeling

In een serieschakeling zien we alle lampjes op een rij staan. 

Een voordeel is dan dat het weinig stroomdraad kost.

Een nadeel is dat wanneer 1 lampje stuk gaat, alle lampjes stuk gaan.

Parallelschakeling

In een parallelschakeling zien we alle lampjes apart aangesloten staan.

Een voordeel is dan dat als er 1 lampje stuk is, de rest het nog doet.

Een nadeel is dat het veel extra stroomdraad kost.

In een schakelschema doet één lampje het niet. Dit is dus een __________ schakeling

Hier zien we een schakeling die deels een parallelschakeling is en deels een serieschakeling. Hoe zouden we dit noemen?

1. Serieschakeling
2. Parallelschakeling
3. Gemengde schakeling
4. Schakeling

Huiswerk en de rest van de les.

Nu kun je beginnen met de opdrachten van week 2.

Volgende week heb je deze af.