Periode 1 - Les 4

Periode 1 - Les 4
Nederlands 
Bouwsteen 1 
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Periode 1 - Les 4
Nederlands 
Bouwsteen 1 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
5 min.: Welkom & presentie.
20 min.: Voorkennis & theorie. 
20 min.: Aan de slag met de opdrachten van 1.2 - Lezen.
5 min.: Afsluiten les. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen

Je herkent wat een schrijver bij jou probeert te bereiken.
Je herkent het doel van een tekst door de tekst verkennend te lezen.
Je benoemt wat voor soort tekst een tekst is. (Informatief, overtuigend, instructief of amuserend).

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke teksten heb je vandaag gelezen?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstsoort
Tekstdoel
Artikel in de krant
Handleiding van Ikea kast
Informeren
Overtuigen
Amuseren
Instrueren

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Waar gaat deze tekst over?
Hoe ben je daarachter gekomen?
Wat wil de schrijver bij jou bereiken? Wat is het doel van de schrijver? 

Slide 7 - Lien

Waar gaat deze tekst over? 
Hoe ben je daarachter gekomen? 
Wat wil de schrijver bij jou bereiken? Wat is het doel van de schrijver? 
Instructie
Wat is verkennend lezen? 
Wat is globaal lezen?
Welke tekstsoorten zijn er?
  • Informatief (informatief)
  • Betogend (overtuigend)
  • Instructief (uitleggen hoe iets werkt)
  • Verhalend (amuseren)

Slide 8 - Diapositive

Tekst op het bord. 
Hele lap tekst. Geen zin om te lezen. Wat doe je dan? 
Wat is verkennend lezen & waarom doe je dat? 
Lees nu verkennend. 
Wat probeert de schrijver te bereiken? Hoe weet je dat/ waar haal je dat uit? 
Dan de verschillende benamingen toelichten van de tekstsoorten toelichten. Evt. nog een korte quiz om het herkennen/ sorteren te oefenen. Daarna in groepjes met de vier teksten aan de slag. 
Aan de slag!
  • Maak tweetallen. 
  • Je krijgt vier teksten. 
  • Bepaal samen van elke tekst: 
    - Wat de schrijver bij jou probeert te bereiken. 
  • Schrijf van elke tekst op: 
    - Wat het doel van de tekst is? 
    - Bij welke tekstsoort de tekst hoort. 
    - Hoe je de antwoorden op de bovenstaande vragen weet / waar je de antwoorden uit hebt afgeleid?

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overtuigen =
Betoog
Amuseren = 
Verhalend
Vertellen hoe iets moet = 
Instructief
Informeren =
Informatief
Tekst 3
Tekst 1
Tekst 4
Tekst 2

Slide 10 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Ga zelfstandig aan de slag. Stel vragen wanneer nodig. Ga met elkaar in gesprek als dat nodig is. 

Taalblokken - Module 2F - Thema | Bouwstenen - Hoofdstuk 1 - Tekstdoelen. 

Werk aan 1.2 Lezen. Opdracht 1 tot en met opdracht 9.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk & volgende les:
Huiswerk:
  •  Hoofdstuk 1, onderdeel 2 - Lezen: Opdrachten 1 tot en met 9.

Volgende les: 
  • Hoofdstuk 1, onderdeel 2 - Lezen: Opdrachten 10 tot en met 17. 
  • Hoofdstuk 1, onderdeel 2 - Lezen: Opdrachten 17 tot en met 24.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions